Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En zijn tweede was [4]Chileab, van Abigail, [5]de huisvrouw van Nabal, den Karmeliet; en de derde, [6]Absalom, de zoon van [7]Maacha, de dochter van Thalmai, koning van [8]Gesur; 4. Anders genaamd Daniel; 1 Kron.3:1. 5. Zie boven, hfdst.2 vs.2. 6. Hebreeuws, Abschalom. 7. Bekeerd zijnde tot de ware religie. 8. Hebreeuws, Geschur; gelijk onder, hfdst.13 vs.37,38, en hfdst.14 vs.23, en hfdst.15 vs.8. Een stad, gelegen in het noorden, aan de grenzen van Gilead, vooraan in het gedeelte van Syrie, genaamd Trachonitis. Zie Deut.3:14; Joz.12:5; onder, hfdst.15 vs.8. Daar zijn ook Gerusieten geweest tegen het zuiden van Kanaan, naar Egypte toe, 1 Sam.27:8, van welken David, te Ziklag zijnde, groten roof haalde.