Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Mijn [23]schild is bij God, Die de [24]oprechten van hart behoudt. 23. Gelijk hfdst.3 vs.4. 24. Of, vroomhartigen. Hebr. eigenlijk, de rechte of richtige van hart; gelijk 2 Kron.29:34, en in dit boek dikwijls, ook zonder bijvoegsel, rechte, of rechtzinnige, die [gelijk men zegt], rechtuit zijn; gelijk het ook van God en zijne geboden gebruikt wordt. Zie Deut.32:4; hfdst.19 vs.9, enz. en wijders Job 1:1.