SV | Als mij bange was, riep ik den HEERE aan, en riep tot mijn God; en Hij hoorde mijn stem uit Zijn paleis, en mijn geroep [kwam] in Zijn oren. |
WLC | בַּצַּר־לִי֙ אֶקְרָ֣א יְהוָ֔ה וְאֶל־אֱלֹהַ֖י אֶקְרָ֑א וַיִּשְׁמַ֤ע מֵהֵֽיכָלֹו֙ קֹולִ֔י וְשַׁוְעָתִ֖י בְּאָזְנָֽיו׃ |
Trans. | baṣṣar-lî ’eqərā’ JHWH wə’el-’ĕlōhay ’eqərā’ wayyišəma‘ mēhêḵālwō qwōlî wəšawə‘āṯî bə’āzənāyw: |
Als mij bange was, riep ik den HEERE aan, en riep tot mijn God; en Hij hoorde mijn stem uit Zijn paleis, en mijn geroep [kwam] in Zijn oren.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Als mij bange was, riep ik den HEERE aan, en riep tot mijn God; en Hij hoorde mijn stem uit Zijn paleis, en mijn geroep [kwam] in Zijn oren.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!