Aantekeningen bij de Bijbel: Job 3:8

Job 3:8

SV	Dat hem vervloeken de vervloekers des dags, die bereid zijn hun rouw te verwekken;
WLC	יִקְּבֻ֥הוּ אֹרְרֵי־יֹ֑ום הָ֝עֲתִידִ֗ים עֹרֵ֥ר לִוְיָתָֽן׃
Trans.	yiqqəḇuhû ’ōrərê-ywōm hā‘ăṯîḏîm ‘ōrēr liwəyāṯān:

Algemeen

Dat hem vervloeken de vervloekers des dags, die bereid zijn hun rouw te verwekken;

vervloekers des dags; mogelijk de vervloeking van hun geboortedag
hun rouw; of Leviathan die dan in de context van dit vers wordt opgeroepen door de vervloekers zodat hij rampen veroorzaakt (SBOT Vol. 6 p. 429). Ullendorff meent dat de Leviathan wordt opgeroepen om die dag op te slokken (E. Ullendorff, “Job 3:8,” VT 11 (1961): p. 350-351).

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.

יִקְּבֻ֥הוּ

Dat hem vervloeken

אֹרְרֵי־

de vervloekers

י֑וֹם

des dags

הָ֝

עֲתִידִ֗ים

die bereid

עֹרֵ֥ר

te verwekken

לִוְיָתָֽן

zijn hun rouw

Dat hem vervloeken de vervloekers des dags, die bereid zijn hun rouw te verwekken;

לִוְיָתָן ^H3882 "Leviathan" (Job 3:8; 40:20; Ps. 74:14; 104:26; Jes. 27:1 †); rouw verwekken SV (volgens de Kanttekeningen willen ze het afleiden uit "de Syrische taal van het woord levijah, betekenende rouw, leed, droefheid").

____

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!