SV | Aan zijn hand verbeterde Uzziel, de zoon van Harhoja, [een] der goudsmeden, en aan zijn hand verbeterde Hananja, de zoon van een der apothekers; en zij lieten Jeruzalem tot aan den breden muur. |
WLC | עַל־יָדֹ֣ו הֶחֱזִ֗יק עֻזִּיאֵ֤ל בֶּֽן־חַרְהֲיָה֙ צֹֽורְפִ֔ים ס וְעַל־יָדֹ֣ו הֶחֱזִ֔יק חֲנַנְיָ֖ה בֶּן־הָרַקָּחִ֑ים וַיַּֽעַזְבוּ֙ יְר֣וּשָׁלִַ֔ם עַ֖ד הַחֹומָ֥ה הָרְחָבָֽה׃ ס |
Trans. | ‘al-yāḏwō heḥĕzîq ‘uzzî’ēl ben-ḥarəhăyâ ṣwōrəfîm swə‘al-yāḏwō heḥĕzîq ḥănanəyâ ben-hāraqqāḥîm wayya‘azəḇû yərûšālaim ‘aḏ haḥwōmâ hārəḥāḇâ: |
Aan zijn hand verbeterde Uzziel, de zoon van Harhoja, [een] der goudsmeden, en aan zijn hand verbeterde Hananja, de zoon van een der apothekers; en zij lieten Jeruzalem tot aan den breden muur.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Aan zijn hand verbeterde Uzziel, de zoon van Harhoja, [een] der goudsmeden, en aan zijn hand verbeterde Hananja, de zoon van een der apothekers; en zij lieten Jeruzalem tot aan den breden muur.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!