Mattheus 27:55 | En aldaar waren vele vrouwen, van verre aanschouwende, die Jezus gevolgd waren van Galilea, om Hem te dienen. |
Mattheus 28:1 | En laat [na] de sabbat, als het begon te lichten, tegen den eersten [dag] der week, kwam Maria Magdalena, en de andere Maria, om het graf te bezien. |
Markus 3:11 | En de onreine geesten, als zij Hem zagen, vielen voor Hem neder en riepen, zeggende: Gij zijt de Zone Gods. |
Markus 5:15 | En zij kwamen tot Jezus, en zagen den bezetene zittende, en gekleed, en wel bij zijn verstand, [namelijk] die het legioen gehad had, en zij werden bevreesd. |
Markus 5:38 | En kwam in het huis des oversten der synagoge; en zag de beroerte [en degenen], die zeer weenden en huilden. |
Markus 12:41 | En Jezus, gezeten zijnde tegenover de schatkist, zag, hoe de schare geld wierp in de schatkist; en vele rijken wierpen veel [daarin]. |
Markus 15:40 | En er waren ook vrouwen, van verre [dit] aanschouwende, onder welke ook was Maria Magdalena, en Maria, de moeder van Jakobus, den kleine, en van Joses, en Salome; |
Markus 15:47 | En Maria Magdalena, en Maria, [de moeder] van Joses, aanschouwden, waar Hij gelegd werd. |
Markus 16:4 | (En opziende zagen zij, dat de steen afgewenteld was) want hij was zeer groot. |
Lukas 10:18 | En Hij zeide tot hen: Ik zag den satan, als een bliksem, uit den hemel vallen. |
Lukas 14:29 | Opdat niet misschien, als hij het fondament gelegd heeft, en niet kan voleindigen, allen, die het zien, hem beginnen te bespotten. |
Lukas 21:6 | [Wat] deze dingen [aangaat], die gij aanschouwt, er zullen dagen komen, in welke niet [een] steen op [den anderen] steen zal gelaten worden, die niet zal worden afgebroken. |
Lukas 23:35 | En het volk stond en zag het aan. En ook de oversten met hen beschimpten [Hem], zeggende: Anderen heeft Hij verlost, dat Hij nu Zichzelven verlosse, zo Hij is de Christus, de Uitverkorene Gods. |
Lukas 23:48 | En al de scharen, die samengekomen waren om dit te aanschouwen, ziende de dingen, die geschied waren, keerden wederom, slaande op hun borsten. |
Lukas 24:37 | En zij verschrikt en zeer bevreesd geworden zijnde, meenden, dat zij een geest zagen. |
Lukas 24:39 | Ziet Mijn handen en Mijn voeten; want Ik ben het Zelf; tast Mij aan, en ziet; want een geest heeft geen vlees en benen, gelijk gij ziet, dat Ik heb. |
Johannes 2:23 | En als Hij te Jeruzalem was, op het pascha, in het feest, geloofden velen in Zijn Naam, ziende Zijn tekenen, die Hij deed. |
Johannes 4:19 | De vrouw zeide tot Hem: Heere, ik zie, dat Gij een profeet zijt. |
Johannes 6:19 | En als zij omtrent vijf en twintig of dertig stadien gevaren waren, zagen zij Jezus, wandelende op de zee, en komende bij het schip; en zij werden bevreesd. |
Johannes 6:40 | En dit is de wil Desgenen, Die Mij gezonden heeft, dat een iegelijk, die den Zoon aanschouwt, en in Hem gelooft, het eeuwige leven hebbe; en Ik zal hem opwekken ten uitersten dage. |