H283 אַחְיוֹ
Achio, Ahio , Ahjo

Bijbelteksten

2 Samuel 6:3En zij voerden de ark Gods op een nieuwen wagen, en haalden ze uit het huis van Abinadab, dat op een heuvel is; en Uza en Ahio, zonen van Abinadab, leidden den nieuwen wagen.
2 Samuel 6:4Toen zij hem nu uit het huis van Abinadab, dat op den heuvel is, met de ark Gods, wegvoerden, zo ging Ahio voor de ark henen.
1 Kronieken 8:14En Ahjo, Sasak en Jeremoth,
1 Kronieken 8:31En Gedor, en Ahio, en Zecher.
1 Kronieken 9:37En Gedor, en Ahio, en Zacharja, en Mikloth.
1 Kronieken 13:7En zij voerden de ark Gods op een nieuwen wagen uit het huis van Abinadab. Uza nu en Ahio leidden den wagen.

Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen