H1330 בְּתוּלָה
jonge dochter, maagd, meisjes, jonge vrouw, jonge, jonge dochters maagden, jonkvrouw
Job 31:1 | Ik heb een verbond gemaakt met mijn ogen; hoe zou ik dan acht gegeven hebben op een maagd? |
Psalm 45:15 | In gestikte klederen zal zij tot den Koning geleid worden; de jonge dochteren, [die] achter haar zijn, haar medegezellinnen, zullen tot u gebracht worden. |
Psalm 78:63 | Het vuur verteerde hun jongelingen, en hun jonge dochters werden niet geprezen. |
Psalm 148:12 | Jongelingen en ook maagden; gij ouden met de jongen! |
Jesaja 23:4 | Word beschaamd, o Sidon! want de zee spreekt, [ja,] de sterkte der zee, zeggende: Ik heb geen barensnood gehad, ik heb ook niet gebaard, en ik heb geen jongelingen groot gemaakt, [en] geen jonge dochters opgebracht. |
Jesaja 23:12 | En Hij heeft gezegd: Gij zult niet meer vrolijk huppelen, o gij verdrukte maagd, gij dochter van Sidon! Naar Chittim toe, maak u op, vaar over; ook zult gij aldaar geen rust hebben. |
Jesaja 37:22 | Dit is het woord, dat de HEERE over hem gesproken heeft: De jonkvrouw, de dochter van Sion, veracht u, zij bespot u, de dochter van Jeruzalem schudt het hoofd achter u. |
Jesaja 47:1 | Daal af, en zit in het stof, gij jonkvrouw, dochter van Babel! zit op de aarde, er is geen troon [meer], gij dochter der Chaldeen! want gij zult niet meer genaamd worden de tedere, noch de wellustige. |
Jesaja 62:5 | Want [gelijk] een jongeling een jonkvrouw trouwt, [alzo] zullen uw kinderen u trouwen; en [gelijk] de bruidegom vrolijk is over de bruid, [alzo] zal uw God over u vrolijk zijn. |
Jeremia 2:32 | Vergeet ook een jonkvrouw haar versiersel, [of] een bruid haar bindselen? Nochtans heeft Mijn volk Mij vergeten, dagen zonder getal. |
Jeremia 14:17 | Daarom zult gij dit woord tot hen zeggen: Mijn ogen zullen van tranen nederdalen nacht en dag, en niet ophouden; want de jonkvrouw der dochter Mijns volks is gebroken [met] een grote breuk, een plage, die zeer smartelijk is. |
Jeremia 18:13 | Daarom, zo zegt de HEERE: Vraagt nu onder de heidenen; wie heeft alzulks gehoord? De jonkvrouw Israels doet een zeer afschuwelijke zaak. |
Jeremia 31:4 | Ik zal u weder bouwen, en gij zult gebouwd worden, o jonkvrouw Israels! gij zult weder versierd zijn met uw trommelen, en uitgaan met den rei der spelenden. |
Jeremia 31:13 | Dan zal zich de jonkvrouw verblijden in den rei, daartoe de jongelingen en ouden te zamen; want Ik zal hunlieder rouw in vrolijkheid veranderen, en zal hen troosten, en zal hen verblijden naar hun droefenis. |
Jeremia 31:21 | Richt u merktekenen op, stel u spitse pilaren, zet uw hart op de baan, [op] den weg, [dien] gij gewandeld hebt; keer weder, o jonkvrouw Israels, keer weder tot deze uw steden! |
Jeremia 46:11 | Ga henen op naar Gilead, en haal balsem, gij jonkvrouw, dochter van Egypte! Tevergeefs vermenigvuldigt gij de medicijnen, er is geen heling voor u. |
Jeremia 51:22 | En door u zal Ik in stukken slaan den man en de vrouw; en door u zal Ik in stukken slaan den oude en den jonge; en door u zal Ik in stukken slaan den jongeling en de jonkvrouw. |
Klaagliederen 1:4 | [Daleth.] De wegen Sions treuren, omdat niemand op het feest komt; al haar poorten zijn woest, haar priesters zuchten: haar jonkvrouwen zijn bedroefd, en zij zelve is in bitterheid. |
Klaagliederen 1:15 | [Samech.] De Heere heeft al mijn sterken in het midden van mij vertreden; Hij heeft een bijeenkomst over mij uitgeroepen, om mijn jongelingen te verbreken; de Heere heeft de wijnpers der jonkvrouw, der dochter van Juda, getreden. |
Klaagliederen 1:18 | [Tsade.] De HEERE is rechtvaardig, want ik ben Zijn mond wederspannig geweest; hoort toch, alle gij volken, en ziet mijn smart; mijn jonkvrouwen en mijn jongelingen zijn in de gevangenis gegaan. |