G22_ἄγαμος
ongetrouwd, vrijgezel
Taal: Grieks

Statistieken

Komt 4x voor in 1 Bijbelboeken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.

Woordstudie

bn, van G00001 (als een ontkennend voorvoegsel) en G01062;


ongetrouwd, vrijgezel


Bronnen

Lexicon G. Abbott-Smith

Voor meer informatie: G. Abbott-Smith's A Manual Greek Lexicon of the New Testament (New York: Scribner's, 1922)

** ἄ-γαμος, -ον [in LXX: IV Mac 16:9 * ;] unmarried: I Co 7:8, 32; fem. (= cl. ἄνανδρος), I Co 7:11, 34.†

Henry George Liddell, Robert Scott, A Greek-English Lexicon

Voor meer informatie: Henry George Liddell, Robert Scott, A Greek-English Lexicon (1940)

ἄγαμ-ος, ον,
  unmarried, single, properly of the man, whether bachelor or widower (ἄνανδρος being used of the woman), Ilias Homerus Epicus “Illiad” 3.40, Xenophon Historicus “Symposium” 9.7, etc.; ζῶ δὲ Τίμωνος βίον, ἄγαμον, ἄδουλον Phrynichus Comicus 18:—of the woman, Aeschylus Tragicus “Supplices” 143, Sophocles Tragicus “Oedipus Tyrannus” 1502, Euripides Tragicus “Orestes” 205. adverb -ως Scholia (at prev. work)
__II γάμος ἄ. marriage that is no marriage, fatal marriage, Sophocles Tragicus “Oedipus Tyrannus” 1214, Euripides Tragicus “Helena” 690.

Synoniemen en afgeleide woorden

Grieks γάμος G1062 "huwelijksfeest, huwelijk, echtvereniging"; Grieks χξϛ G5516 "666";

Literatuur


Mede mogelijk dankzij

Hadderech