H3499_ יֶתֶר
overschot, overlaten, het overige, rest, voortreffelijke, overblijfsel
Taal: Hebreeuws

Onderwerpen

Yetarim, Yitran,

Statistieken

Komt 101x voor in 26 Bijbelboeken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.

Woordstudie

yeter, zn. mnl., van יָתַר H3498; TWOT 936a; 1) van יָתַר H3498 overblijfsel, overig, van Akkad. wataru, ataru (E. Klein, p. 267); 2) van Aram. יִתְרָא en Syr. יַתְרָא koord, touw (E. Klein, p. 267).


1) overblijfsel, overschot, rest, het overige, uitmuntendheid (E. Klein, p. 267); 1a) rest, overblijfsel; 1b) rest, overblijfsel, het overige; 1c) overdaad; 1d) overvloedig (adv); 1e) overvloed, rijkdom; 1f) overwicht, uitnemendheid; 2)Yitran (Thymelaea hirsuta) plant, yitran (Thymelaea hirsuta; M. Zohary, p. 146); 2a) waarvan touwen worden gemaakt (Richt. 16:7-8, 11; E. Klein, p. 267); 2b) pees, spanlijn, aan een boog (Ps. 11:2), aan een tent (Job 4:21, 30:11) (P. Broers, p. 157).



Brown-Driver-Briggs Abridged Hebrew Lexicon

יֶ֫תֶר n.m. cord (prop. as hanging over or down

Strong Concise Dictionary Of The Words In The Hebrew Bible

H3499 יֶתֶר yether; from 3498; properly, an overhanging, i.e. (by implication) an excess, superiority, remainder; also a small rope (as hanging free) — abundant, cord, exceeding, excellancy(-ent), what they leave, that hath left, plentifully, remnant, residue, rest, string, with.

Synoniemen en afgeleide woorden

Hebreeuws יָתַר H3498 "overgelatene, overlaten, achterblijven, overblijven, overhouden, overig"; Hebreeuws יֶתֶר H3500 "Jethro, Jether, Jeter"; Hebreeuws יִתְרָה H3502 "overvloed, overschot, niet vertaald"; Hebreeuws יִתְרוֹ H3503 "Jetro , Jethro"; Hebreeuws יִתְרְעָם H3507 "Jitream , Jithream"; Hebreeuws מֵיתָר H4340 "string, cord";

Literatuur


Mede mogelijk dankzij

Hadderech