Genesis 4:22 | En Zilla baarde ook Tubal-kain, een leermeester van allen werker in koper en ijzer; en de zuster van Tubal-kain was Naema. |
Leviticus 26:19 | Want Ik zal de hovaardigheid uwer kracht verbreken, en zal uw hemel als ijzer maken, en uw aarde als koper. |
Numeri 31:22 | Alleen het goud en het zilver, en het koper, het ijzer, het tin en het lood; |
Numeri 35:16 | Maar indien hij hem met een ijzeren instrument geslagen heeft, dat hij gestorven zij, een doodslager is hij; deze doodslager zal zekerlijk gedood worden. |
Deuteronomium 8:9 | Een land, waarin gij brood zonder schaarsheid eten zult, waarin u niets ontbreken zal; een land, welks stenen ijzer zijn, en uit welks bergen gij koper uithouwen zult. |
Deuteronomium 27:5 | En gij zult aldaar den HEERE, uw God, een altaar bouwen, een altaar van stenen; gij zult geen ijzer over hetzelve bewegen. |
Deuteronomium 28:23 | En uw hemel, die boven uw hoofd is, zal koper zijn, en de aarde, die onder u is, zal ijzer zijn. |
Deuteronomium 28:48 | Zo zult gij uw vijanden, die de HEERE onder u zenden zal, dienen, in honger en in dorst, en in naaktheid, en in gebrek van alles; en Hij zal een ijzeren juk op uw hals leggen, totdat Hij u verdelge. |
Deuteronomium 33:25 | Ijzer en koper zal [onder] uw schoen zijn; en uw sterkte gelijk uw dagen! |
Jozua 17:18 | Maar het gebergte zal het uwe zijn; [en] dewijl het een woud is, zo houw het af, zo zullen zijn uitgangen de uwe zijn; want gij zult de Kanaanieten verdrijven, al hebben zij ijzeren wagens, al zijn zij sterk. |
1 Samuel 17:7 | En de schacht zijner spies was als een weversboom, en het lemmer zijner spies was van zeshonderd sikkelen ijzers; en de schilddrager ging voor zijn aangezicht. |
1 Koningen 22:11 | En Zedekia, de zoon van Kenaana, had zich ijzeren horens gemaakt; en hij zeide: Zo zegt de HEERE: Met deze zult gij de Syriers stoten, totdat gij hen gans verdaan zult hebben. |
1 Kronieken 29:2 | Ik heb nu uit al mijn kracht bereid tot het huis mijns Gods, goud tot gouden, en zilver tot zilveren, en koper tot koperen, ijzer tot ijzeren, en hout tot houten [werken]; sardonixstenen en vervullende [stenen], versierstenen en borduursel, en allerlei kostelijke stenen, en marmerstenen in menigte. |
2 Kronieken 18:10 | En Zedekia, de zoon van Kenaana, had zich ijzeren hoornen gemaakt, en hij zeide: Zo zegt de HEERE: Met deze zult gij de Syriers stoten, totdat gij hen gans verdaan zult hebben. |
2 Kronieken 24:12 | Hetwelk de koning en Jojada gaven aan degenen, die het werk van den dienst van het huis des HEEREN verzorgden; en zij huurden houwers en timmerlieden, om het huis des HEEREN te vernieuwen, mitsgaders ook werkmeesters in ijzer en koper, om het huis des HEEREN te beteren. |
Job 19:24 | Dat zij met een ijzeren griffie en lood voor eeuwig in een rots gehouwen wierden! |
Job 20:24 | Hij zij gevloden van de ijzeren wapenen, de stalen boog zal hem doorschieten. |
Job 28:2 | Het ijzer wordt uit stof genomen, en [uit] steen wordt koper gegoten. |
Job 39:26 | Tegen hem ratelt de pijlkoker, het vlammig ijzer des spies en der lans. |
Job 40:13 | Zijn beenderen zijn [als] vast koper; zijn gebeenten zijn als ijzeren handbomen. |