Psalm 118:5 | Uit de benauwdheid heb ik den HEERE aangeroepen; de HEERE heeft mij verhoord, [stellende mij] in de ruimte. |
Psalm 118:6 | De HEERE is bij mij, ik zal niet vrezen; wat zal mij een mens doen? |
Psalm 118:7 | De HEERE is bij mij onder degenen, die mij helpen; daarom zal ik [mijn lust] zien aan degenen, die mij haten. |
Psalm 118:8 | Het is beter tot den HEERE toevlucht te nemen, dan op den mens te vertrouwen. |
Psalm 118:9 | Het is beter tot den HEERE toevlucht te nemen, dan op prinsen te vertrouwen. |
Psalm 118:10 | Alle heidenen hadden mij omringd; het is in den Naam des HEEREN, dat ik ze verhouwen heb. |
Psalm 118:11 | Zij hadden mij omringd, ja, zij hadden mij omringd; het is in den Naam des HEEREN, dat ik ze verhouwen heb. |
Psalm 118:12 | Zij hadden mij omringd als bijen; zij zijn uitgeblust als een doornenvuur; het is in den Naam des HEEREN, dat ik ze verhouwen heb. |
Psalm 118:13 | Gij hadt mij zeer hard gestoten, tot vallens toe, maar de HEERE heeft mij geholpen. |
Psalm 118:14 | De HEERE is mijn Sterkte en Psalm, want Hij is mij tot heil geweest. |
Psalm 118:15 | In de tenten der rechtvaardigen is een stem des gejuichs en des heils; de rechterhand des HEEREN doet krachtige daden. |
Psalm 118:16 | De rechterhand des HEEREN is verhoogd; de rechterhand des HEEREN doet krachtige daden. |
Psalm 118:17 | Ik zal niet sterven, maar leven; en ik zal de werken des HEEREN vertellen. |
Psalm 118:18 | De HEERE heeft mij wel hard gekastijd; maar Hij heeft mij ter dood niet overgegeven. |
Psalm 118:19 | Doet mij de poorten der gerechtigheid open, ik zal daardoor ingaan, ik zal den HEERE loven. |
Psalm 118:20 | Dit is de poort des HEEREN, door dewelke de rechtvaardigen zullen ingaan. |
Psalm 118:21 | Ik zal U loven, omdat Gij mij verhoord hebt, en mij tot heil geweest zijt. |
Psalm 118:22 | De steen, [dien] de bouwlieden verworpen hadden, is tot een hoofd des hoeks geworden. |
Psalm 118:23 | Dit is van den HEERE geschied, [en] het is wonderlijk in onze ogen. |
Psalm 118:24 | Dit is de dag, [dien] de HEERE gemaakt heeft; laat ons op denzelven ons verheugen, en verblijd zijn. |