alverzoening
ἀποκατάστασις G605 "herstel",

Zie ook: Dwaalleringen,

De alverzoening is een wijd verspreidde dwaallering dat in essentie bestaat uit de volgende ideeën: 1) Er is geen hel omdat een eeuwige straf in strijd is met de rechtvaardigheid van God, omdat die in geen verhouding staat tot de zonden die de mens, hoe erg ze ook zijn, gepleegd heeft in zijn (relatief) korte leven, dat qua tijdsduur wegvalt tegen de eeuwige straf in deze hel. 2) Deze eeuwige straf is in strijd met de heiligheid van God, want dat zou betekenen dat God zou toestaan dat miljoenen mensen tot in eeuwigheid voortgaan met tegen Hem te zondigen. 3) Bovendien is een eeuwige straf in strijd met de verhevenheid van de mens als kroon van de schepping en als beelddrager van God, want het veronderstelt dat deze zondige mensen zich onder zo'n eeuwige straf voortdurend blijven verharden zonder zich ooit gewonnen te geven en zich voor God te verootmoedigen. 4) Een eeuwige hellestraf is dan ook om voornoemde redenen in strijd met de liefde van God, omdat Hij, als liefdevolle God, er geen behagen in kan scheppen dat mensen tot in eeuwigheid gepijnigd worden in een hel en het eeuwig geween en tandengeknars van miljoenen ongelukkige zondaars aan te horen.

De term "alverzoening" is gebaseerd op de tekst in Hand. 3:21 waar het woord ἀποκατάστασις G605 apokatastasis̱ "herstel" voorkomt: Hem moet de hemel ontvangen tot de tijden waarin alle dingen worden hersteld, waarover God gesproken heeft bij monde van al Zijn heilige profeten door de eeuwen heen (W.J. Ouweneel, p. 10).

Inhoud

Argumenten tegen alverzoening

Jezus doet in de Bijbel meerdere autoriteitsuitspraken, die altijd beginnen met "Voorwaar, voorwaar" (αμην αμην amēn amēn, lett. "zo is het, zo is het") en waaraan niet valt te twijfelen of te toornen, een van deze autoriteitsuitspraken is "Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie Mijn woord hoort en Hem gelooft Die Mij gezonden heeft, die heeft eeuwig leven en komt niet in de verdoemenis, maar is uit de dood overgegaan in het leven" (Joh. 5:24), we zien hier dat men niet alleen naar het Woord van Jezus moet luisteren, maar ook in God moet geloven, alleen die hebben eeuwig leven. Terwijl de consequentie als men dat niet doet "de verdoemenis" en "de dood" is. Dit vinden we terug in Mat. 25:31-46 waar in detail wordt beschreven wat Christus zal doen als Hij wederkomt.

Andere Bijbelteksten waaruit blijkt dat geloof en bekering noodzakelijk zijn voor een eeuwig behoud (Joh. 1:12, 3:16-18, 3:36, 5:24, 6:29, 40, 47, 8:24, 20:29; Hand. 10:43, 13:39, 16:31, 26:18; Rom. 3:28, 4:5, 10:8-13; 1 Cor. 1:21; 1 Tim. 1:16; Hebr. 4:2, 3, 10:39, 11:6; 1 Petr. 1:9; 1 Joh. 5:5, 11, 12).


Argumenten voor alverzoening?

Teksten die vaak worden aangehaald zijn 1 Tim. 2:4 welke zij dan willen vertalen met "Die redder is van alle mensen", terwijl er staat "Welke wil, dat alle mensen zalig worden". Het woord θέλω G2309 "verlangen, wensen" betekent niet dat ook zal gebeuren. Ook de opmerking dat in vs. 6 staat "voor allen", gaat niet op omdat Paulus al eerder in 1:16 stelde "die in Hem geloven zullen ten eeuwigen leven". Een andere bekende tekst is Col. 1:20 "en dat Hij, door Hem, vrede heeft gemaakt door het bloed van Zijn kruis, [en] door Hem, alle dingen verzoenen zou tot Zichzelf, zowel de dingen die op de aarde als de dingen die in de hemelen zijn", men vergeet dan dat in deze tekst tweemaal staat "door Hem", waarbij het eerste slaat op wat Jezus heeft gedaan en het tweede slaat op de "dingen" (mensen, dieren, etc.) die alleen door Jezus zich weer kunnen verzoenen, vandaar dat er in vs. 23 staat "Indien je maar blijft in het geloof", er is hier dus geen sprake van "alverzoening".


Terminologie

Zoals bij veel dwaalleringen zien we ook bij de aanhangers van de alverzoening dat ze specifieke terminologie hanteren om hun lering kracht bij te zetten. Een ander typisch kenmerk is om een eigen vertaling, de Interlinear Scripture Analyzer (ISA), te hanteren waarin (zoals vaak voorkomt bij dwaalleringen) vele grondbetekenissen bewust zijn veranderd om hun lering te benadrukken. De belangrijkste worden hieronder behandeld en wordt eventueel doorverwezen naar artikelen die daar dieper op ingaan:

Eeuwigheid

→ Hoofdartikel Eeuwigheid

Voor het woord eeuwig (עוֹלָם H5769 en αἰών G165) willen zij de verkeerde betekenis geven van tijdelijkheid (een beperkte periode) en introduceren daarvoor het niet Nederlandse woord aion of aionisch (waarschijnlijk overgenomen van het Grieks αἰών G165 waarbij dan een eigen verengende betekenis is gegeven). Verder heeft het idee van de alverzoening dat "eeuwig" altijd een bepaalde tijdsperiode betreft vergaande consequenties. Van God wordt gezegd dat Hij "eeuwig en altijd" עֹולָ֣ם וָעֶ֑ד ‘wōlām wā‘eḏ is (Ps. 48:15), zou dit op een bepaalde tijdsperiode slaan dan houdt dat in dat God niet eeuwig is. Teksten waarin gesproken wordt over "de eeuwige God" יְהוָ֖ה אֵ֥ל עֹולָֽם JHWH ’ēl ‘wōlām (Gen. 21:33) en het eeuwig regeren van God יְהוָ֥ה יִמְלֹ֖ךְ לְעֹלָ֥ם וָעֶֽד JHWH yiməlōḵə lə‘ōlām wā‘eḏ (Ex. 15:18) moeten dan ook letterlijk genomen worden.

God

Zij ontkennen de יְהוָ֖ה אֵ֥ל עֹולָֽם JHWH ’ēl ‘wōlām "eeuwige God" (Gen. 21:33), stellen dat zowel "eeuwige" als "God" misleidende termen zijn (A.E. Knoch, De Goddelijke Titels, via HetBesteNieuws) en gebruiken daarvoor liever zelfverzonnen termen als "Plaatser, Onderschikker" (vermoedelijk op basis van teksten als Rom. 13:1, 5; 1 Cor. 15:28; Fil. 3:21, waarbij er vanuit wordt gegaan dat God de mensen onderschikt, ipv. de oproep die we in deze teksten lezen dat de mens zich aan God moet onderwerpen, een andere mogelijkheid is dat ze de volksetymologie toepassen op θεός G2316 en daarom er "Plaatser" van maken). Voor het woord ōlām gebruiken ze het niet Nederlandse woord aion of aionisch (→ alinea "Eeuwigheid").

Hel

→ Hoofdartikel Hel

Zij stellen dat het Griekse woord γέεννα G1067 geenna niet 'hel' betekent, maar dat daarmee het dal van Hinnom in Jeruzalem wordt bedoeld. Lezen we de evangeliën, dan wordt met Gehenna de plaats van de eeuwige straf aangeduid (vgl. Mat. 23:33). De 'hel' is de plaats waar het onuitblusselijk vuur brandt (bv. Mat. 5:22; 18:9; Mark. 9:43, 45). In de genoemde teksten zien we dan ook dat er een verschuiving in de betekenis is gekomen en dat hier niet meer de het fysieke dal van Hinnom bij Jeruzalem wordt bedoeld. Ook in alle andere Griekse literatuur uit die tijd zien we dat het niet om een geografische aanduiding gaat, maar om een plek waar men wordt gestraft.


Internetbronnen


Citaten

"Alverzoening dwingt mensen bij God te zijn" "We kennen God als Iemand die de vrije wil van mensen respecteert. De alverzoening dwingt mensen om bij God te zijn. Ook mensen die niets met Hem te maken willen hebben,"

Reinier Sonneveld tegenover Groot Nieuws Radio.


Aangemaakt 5 juni 2017


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!