Liggen, zitten
ἀνακαθίζω G339 "rechtop zitten", ἀνακεῖμαι G345 "samen eten, aanliggen", ἀναπίπτω G377 "gaan liggen, achterover leunen", ἐπικαθίζω G1940 "zitten (gaan)", κάθημαι G2521 "zitten (gaan)", καθίζω G2523 "zitten (doen), neerzetten", κατακλίνω G2625 "aanliggen aan tafel", παρακαθίζω G3869 "zitten naast", συγκάθημαι G4775 "zitten (bij iemand)", συνανάκειμαι G4873 "samen aanliggen", יָשַׁב H3427 "zetten zich -, bewonen, tronen, zitten, woning, bewoner, inwoner, wonen, blijven, gezeten zijn", יְתִב H3488 "zetten zich -, nederzetten zich -, zitten, wonen",

Het ergens op gaan zitten, in die periode betekende dit dat men vaak ging aanliggen op een ligbank. Vandaar dat Jezus opmerkte bij de wonderbaarlijke spijziging dat de mensen op de grond moesten gaan liggen (ἀναπίπτω G377 Mark. 8:6).



Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!