SV | Maar Jozabath, de dochter des konings, nam Joas, den zoon van Ahazia, en stal hem uit het midden van des konings zonen, die gedood werden, en zette hem en zijn voedster in een slaapkamer; zo verborg hem Jozabath, de dochter van den koning Joram, de huisvrouw van den priester Jojada (want zij was de zuster van Ahazia), voor Athalia, dat zij hem niet doodde. |
WLC | וַתִּקַּח֩ יְהֹושַׁבְעַ֨ת בַּת־הַמֶּ֜לֶךְ אֶת־יֹואָ֣שׁ בֶּן־אֲחַזְיָ֗הוּ וַתִּגְנֹ֤ב אֹתֹו֙ מִתֹּ֤וךְ בְּנֵֽי־הַמֶּ֙לֶךְ֙ הַמּ֣וּמָתִ֔ים וַתִּתֵּ֥ן אֹתֹ֛ו וְאֶת־מֵֽינִקְתֹּ֖ו בַּחֲדַ֣ר הַמִּטֹּ֑ות וַתַּסְתִּירֵ֡הוּ יְהֹושַׁבְעַ֣ת בַּת־הַמֶּ֣לֶךְ יְהֹורָ֡ם אֵשֶׁת֩ יְהֹויָדָ֨ע הַכֹּהֵ֜ן כִּ֣י הִיא֩ הָיְתָ֨ה אֲחֹ֧ות אֲחַזְיָ֛הוּ מִפְּנֵ֥י עֲתַלְיָ֖הוּ וְלֹ֥א הֱמִיתָֽתְהוּ׃ |
Trans. | watiqqaḥ yəhwōšaḇə‘aṯ baṯ-hammeleḵə ’eṯ-ywō’āš ben-’ăḥazəyâû watiḡənōḇ ’ōṯwō mitwōḵə bənê-hammeleḵə hammûmāṯîm watitēn ’ōṯwō wə’eṯ-mêniqətwō baḥăḏar hammiṭṭwōṯ watasətîrēhû yəhwōšaḇə‘aṯ baṯ-hammeleḵə yəhwōrām ’ēšeṯ yəhwōyāḏā‘ hakōhēn kî hî’ hāyəṯâ ’ăḥwōṯ ’ăḥazəyâû mipənê ‘ăṯaləyâû wəlō’ hĕmîṯāṯəhû: |
Maar Jozabath, de dochter des konings, nam Joas, den zoon van Ahazia, en stal hem uit het midden van des konings zonen, die gedood werden, en zette hem en zijn voedster in een slaapkamer; zo verborg hem Jozabath, de dochter van den koning Joram, de huisvrouw van den priester Jojada (want zij was de zuster van Ahazia), voor Athalia, dat zij hem niet doodde.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Maar Jozabath, de dochter des konings, nam Joas, den zoon van Ahazia, en stal hem uit het midden van des konings zonen, die gedood werden, en zette hem en zijn voedster in een slaapkamer; zo verborg hem Jozabath, de dochter van den koning Joram, de huisvrouw van den priester Jojada (want zij was de zuster van Ahazia), voor Athalia, dat zij hem niet doodde.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!