SV | Gij waart een gezalfde, overdekkende cherub; en Ik had u [alzo] gezet; gij waart op Gods heiligen berg; gij wandeldet in het midden der vurige stenen. |
WLC | אַ֨תְּ־כְּר֔וּב מִמְשַׁ֖ח הַסֹּוכֵ֑ךְ וּנְתַתִּ֗יךָ בְּהַ֨ר קֹ֤דֶשׁ אֱלֹהִים֙ הָיִ֔יתָ בְּתֹ֥וךְ אַבְנֵי־אֵ֖שׁ הִתְהַלָּֽכְתָּ׃ |
Trans. | ’atə-kərûḇ miməšaḥ hasswōḵēḵə ûnəṯatîḵā bəhar qōḏeš ’ĕlōhîm hāyîṯā bəṯwōḵə ’aḇənê-’ēš hiṯəhallāḵətā: |
Gij waart een gezalfde, overdekkende cherub; en Ik had u [alzo] gezet; gij waart op Gods heiligen berg; gij wandeldet in het midden der vurige stenen.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Gij waart een gezalfde, overdekkende cherub; en Ik had u [alzo] gezet; gij waart op Gods heiligen berg; gij wandeldet in het midden der vurige stenen.
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!