AB | Toen Jesua en Bani en Serebja, Jamin, Akkub, Sabbethai, Hodia, Maaseja, Kelita, Azaria, Jozabad, Hanan, Pelaja, en de Levieten het volk de wet verklaarden, op de plaats waar het volk stond. |
SV | Jesua nu, en Bani, en Serebja, Jamin, Akkub, Sabbethai, Hodia, Maaseja, Kelita, Azaria, Jozabad, Hanan, Pelaja, en de Levieten onderwezen het volk in de wet. En het volk stond op zijn standplaats. |
WLC | וַֽיִּקְרְא֥וּ בַסֵּ֛פֶר בְּתֹורַ֥ת הָאֱלֹהִ֖ים מְפֹרָ֑שׁ וְשֹׂ֣ום שֶׂ֔כֶל וַיָּבִ֖ינוּ בַּמִּקְרָֽא׃ ס |
Trans. | 8:7 wəyēšû‘a ûḇānî wəšērēḇəyâ yāmîn ‘aqqûḇ šabəṯay hwōḏîyâ ma‘ăśêâ qəlîṭā’ ‘ăzarəyâ ywōzāḇāḏ ḥānān pəlā’yâ wəhaləwîyim məḇînîm ’eṯ-hā‘ām latwōrâ wəhā‘ām ‘al-‘āməḏām: |
Jesua nu, en Bani, en Serebja, Jamin, Akkub, Sabbethai, Hodia, Maaseja, Kelita, Azaria, Jozabad, Hanan, Pelaja, en de Levieten onderwezen het volk in de wet. En het volk stond op zijn standplaats.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Jesua nu, en Bani, en Serebja, Jamin, Akkub, Sabbethai, Hodia, Maaseja, Kelita, Azaria, Jozabad, Hanan, Pelaja, en de Levieten onderwezen het volk in de wet. En het volk stond op zijn standplaats.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!