G1119 γόνυ
knie, neerknielen

Bijbelteksten

Markus 15:19En sloegen Zijn hoofd met een rietstok, en bespogen Hem, en vallende op de knieen, aanbaden Hem.
Lukas 5:8En Simon Petrus, [dat] ziende, viel neder aan de knieen van Jezus, zeggende: Heere! ga uit van mij; want ik ben een zondig mens.
Lukas 22:41En Hij scheidde Zich van hen af, omtrent een steenworp; en knielde neder en bad,
Handelingen 7:60En vallende op de knieen, riep hij met grote stem: Heere, reken hun deze zonde niet toe! En als hij dat gezegd had, ontsliep hij.
Handelingen 9:40Maar Petrus, hebbende hen [allen] uitgedreven, knielde neder en bad: en zich kerende tot het lichaam, zeide hij: Tabitha, sta op! En zij deed haar ogen open, en Petrus gezien hebbende, zat zij over einde.
Handelingen 20:36En als hij dit gezegd had, heeft hij nederknielende met hen allen gebeden.
Handelingen 21:5Toen het nu geschiedde, dat wij deze dagen doorgebracht hadden, gingen wij uit, en reisden [voort]; en zij geleidden ons allen met vrouwen en kinderen tot buiten de stad; en aan den oever nederknielende, hebben wij gebeden.
Romeinen 11:4Maar wat zegt tot hem het Goddelijk antwoord? Ik heb Mijzelven [nog] zeven duizend mannen overgelaten, die de knie voor het [beeld] van Baal niet gebogen hebben.
Romeinen 14:11Want er is geschreven: Ik leef, zegt de Heere; voor Mij zal alle knie zich buigen, en alle tong zal God belijden.
Efeziers 3:14Om deze oorzaak buig ik mijn knieën tot den Vader van onzen Heere Jezus Christus,
Filippenzen 2:10Opdat in de Naam van Jezus zich zou buigen alle knie dergenen, die in den hemel, en die op de aarde, en die onder de aarde zijn.
Hebreeen 12:12Daarom richt weder op de trage handen en de slappe knieen;

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel