Mattheus 4:9 | En zeide tot Hem: Al deze dingen zal ik U geven, indien Gij, nedervallende, mij zult aanbidden. |
Mattheus 5:13 | Gij zijt het zout der aarde; indien nu het zout smakeloos wordt, waarmede zal [het] gezouten worden? Het deugt nergens meer toe, dan om buiten geworpen, en van de mensen vertreden te worden. |
Mattheus 5:19 | Zo wie dan een van deze minste geboden zal ontbonden, en de mensen alzo zal geleerd hebben, [die] zal de minste genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen; maar zo wie [dezelve] zal gedaan en geleerd hebben, die zal groot genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen. |
Mattheus 5:20 | Want Ik zeg u: Tenzij uw gerechtigheid overvloediger zij, dan der Schriftgeleerden en der Farizeen, dat gij in het Koninkrijk der hemelen geenszins zult ingaan. |
Mattheus 5:23 | Zo gij dan uw gave zult op het altaar offeren, en aldaar gedachtig wordt, dat uw broeder iets tegen u heeft; |
Mattheus 5:32 | Maar Ik zeg u, dat zo wie zijn vrouw verlaten zal, anders dan uit oorzaak van hoererij, die maakt, dat zij overspel doet; en zo wie de verlatene zal trouwen, die doet overspel. |
Mattheus 5:46 | Want indien gij liefhebt, die u liefhebben, wat loon hebt gij? Doen ook de tollenaars niet hetzelfde? |
Mattheus 5:47 | En indien gij uw broeders alleen groet, wat doet gij boven anderen? Doen ook niet de tollenaars alzo? |
Mattheus 6:14 | Want indien gij den mensen hun misdaden vergeeft, zo zal uw hemelse Vader ook u vergeven. |
Mattheus 6:15 | Maar indien gij den mensen hun misdaden niet vergeeft, zo zal ook uw Vader uw misdaden niet vergeven. |
Mattheus 6:22 | De kaars des lichaams is het oog; indien dan uw oog eenvoudig is, zo zal uw gehele lichaam verlicht wezen; |
Mattheus 6:23 | Maar indien uw oog boos is, zo zal geheel uw lichaam duister zijn. Indien dan het licht, dat in u is, duisternis is, hoe groot [zal] de duisternis [zelve zijn]! |
Mattheus 7:9 | Of wat mens is er onder u, zo zijn zoon hem zou bidden om brood, die hem een steen zal geven? |
Mattheus 7:10 | En zo hij hem om een vis zou bidden, die hem een slang zal geven? |
Mattheus 8:2 | En ziet, een melaatse kwam, en aanbad Hem, zeggende: Heere! indien Gij wilt, Gij kunt mij reinigen. |
Mattheus 8:19 | En er kwam een zeker Schriftgeleerde tot Hem, en zeide tot Hem: Meester! ik zal U volgen, waar Gij ook henengaat. |
Mattheus 9:21 | Want zij zeide in zichzelve: Indien ik alleenlijk Zijn kleed aanraak, zo zal ik gezond worden. |
Mattheus 10:13 | En indien dat huis waardig is, zo kome uw vrede over hetzelve, maar indien het niet waardig is, zo kere uw vrede weder tot u. |
Mattheus 10:14 | En zo iemand u niet zal ontvangen, noch uw woorden horen, uitgaande uit dat huis of uit dezelve stad, schudt het stof uwer voeten af. |
Mattheus 10:42 | En zo wie een van deze kleinen te drinken geeft alleenlijk een beker koud [water], in den naam eens discipels, voorwaar zeg Ik u, hij zal zijn loon geenszins verliezen. |