G1824 ἐξαυτῆς
terstond, onmiddelijk

Bijbelteksten

Markus 6:25En zij, terstond met haast ingaande tot den koning, heeft het geeist, zeggende: Ik wil, dat gij mij nu terstond, in een schotel, geeft het hoofd van Johannes den Doper.
Handelingen 10:33Zo heb ik dan van stonde aan tot u gezonden, en gij hebt welgedaan, dat gij hier gekomen zijt. Wij zijn dan allen nu [hier] tegenwoordig voor God, om te horen al hetgeen u van God bevolen is.
Handelingen 11:11En ziet, ter zelfder [ure] stonden er drie mannen voor het huis, daar ik in was, die van Cesarea tot mij afgezonden waren.
Handelingen 21:32Welke terstond krijgsknechten en hoofdmannen over honderd tot zich nam, en liep af naar hen toe. Zij nu, den oversten en de krijgsknechten ziende, hielden op van Paulus te slaan.
Handelingen 23:30En als mij te kennen gegeven was, dat van de Joden een lage tegen deze man [gelegd] zou worden, zo heb ik [hem] terstond aan u gezonden; gebiedende ook den beschuldigers voor u te zeggen, hetgeen zij tegen hem hadden. Vaarwel.
Filippenzen 2:23Ik hoop dan wel dezen van stonden aan te zenden, zo [haast] als ik in mijn zaken zal voorzien hebben;

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken