G2469 Ἰσκαριώτης
Iskariot

Bijbelteksten

Mattheus 10:4Simon Kananites, en Judas Iskariot, die Hem ook verraden heeft.
Mattheus 26:14Toen ging een van de twaalven, genaamd Judas Iskariot, tot de overpriesters,
Markus 3:19En Judas Iskariot, die Hem ook verraden heeft.
Markus 14:10En Judas Iskariot, een van de twaalven, ging heen tot de overpriesters, opdat hij Hem hun zou overleveren.
Lukas 6:16Judas, [den broeder] van Jakobus, en Judas Iskariot, die ook de verrader geworden is.
Lukas 22:3En de satan voer in Judas, die toegenaamd was Iskariot, zijnde uit het getal der twaalven.
Johannes 6:71En Hij zeide [dit van] Judas, Simons [zoon], Iskariot; want deze zou Hem verraden, zijnde een van de twaalven.
Johannes 12:4Zo zeide dan een van Zijn discipelen, [namelijk] Judas, Simons [zoon], Iskariot, die Hem verraden zou:
Johannes 13:2En als het avondmaal gedaan was, (toen nu de duivel in het hart van Judas, Simons [zoon], Iskariot, gegeven had, dat hij Hem verraden zou),
Johannes 13:26Jezus antwoordde: Deze is het, dien Ik de bete, als Ik ze ingedoopt heb, geven zal. En als Hij de bete ingedoopt had, gaf Hij ze Judas, Simons [zoon], Iskariot.
Johannes 14:22Judas, niet de Iskariot, zeide tot Hem: Heere, wat is het, dat Gij Uzelven aan ons zult openbaren, en niet aan de wereld?

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken