Markus 14:14 | En zo waar hij ingaat, zegt tot den heer des huizes: De Meester zegt: Waar is de eetzaal, daar Ik het pascha met Mijn discipelen eten zal? |
Markus 14:17 | En als het avond geworden was, kwam Hij met de twaalven. |
Markus 14:18 | En als zij aanzaten en aten, zeide Jezus: Voorwaar, Ik zeg u, dat een van u, die met Mij eet, Mij zal verraden. |
Markus 14:20 | Maar Hij antwoordde en zeide tot hen: [Het is] een uit de twaalven, die met Mij in de schotel indoopt. |
Markus 14:28 | Maar nadat Ik zal opgestaan zijn, zal Ik u voorgaan naar Galilea. |
Markus 14:33 | En Hij nam met Zich Petrus, en Jakobus, en Johannes, en begon verbaasd en zeer beangst te worden; |
Markus 14:43 | En terstond, als Hij nog sprak, kwam Judas aan, die een was van de twaalven, en met hem een grote schare, met zwaarden en stokken, [gezonden] van de overpriesters, en de schriftgeleerden, en de ouderlingen. |
Markus 14:48 | En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Zijt gij uitgegaan, met zwaarden en stokken, als tegen een moordenaar, om Mij te vangen? |
Markus 14:54 | En Petrus volgde Hem van verre, tot binnen in de zaal des hogepriesters, en hij was mede zittende met de dienaren, en zich warmende bij het vuur. |
Markus 14:62 | En Jezus zeide: Ik ben het. En gijlieden zult den Zoon des mensen zien zitten ter rechter[hand] der kracht [Gods], en komen met de wolken des hemels. |
Markus 14:67 | En ziende Petrus zich warmende, zag zij hem aan, en zeide: Ook gij waart met Jezus den Nazarener. |
Markus 14:70 | Maar hij loochende het wederom. En een weinig daarna, die daarbij stonden, zeiden wederom tot Petrus: Waarlijk, gij zijt een van die; want gij zijt ook een Galileer, en uw spraak gelijkt. |
Markus 15:1 | En terstond, des morgens vroeg, hielden de overpriesters te zamen raad, met de ouderlingen en schriftgeleerden, en den gehelen raad, en Jezus gebonden hebbende, brachten zij [Hem] heen, en gaven [Hem] aan Pilatus over. |
Markus 15:7 | En er was een, genaamd Bar-abbas, gevangen met [andere] medeoproermakers, die in het oproer een doodslag gedaan had. |
Markus 15:28 | En de Schrift is vervuld geworden, die daar zegt: En Hij is met de misdadigers gerekend. |
Markus 15:31 | En insgelijks ook de overpriesters, met de schriftgeleerden, zeiden tot elkander, al spottende: Hij heeft anderen verlost; Zichzelven kan Hij niet verlossen. |
Markus 16:10 | Deze, heengaande, boodschapte het dengenen, die met Hem geweest waren, welke treurden en weenden. |
Markus 16:12 | En na dezen is Hij geopenbaard in een andere gedaante, aan twee van hen, daar zij wandelden, en in het veld gingen. |
Markus 16:19 | De Heere dan, nadat Hij tot hen gesproken had, is opgenomen in den hemel, en is gezeten aan de rechter[hand] Gods. |
Lukas 1:24 | En na die dagen werd Elizabet, zijn vrouw, bevrucht; en zij verborg zich vijf maanden, zeggende: |