G5038 τεῖχος
stadsmuur

Bijbelteksten

Handelingen 9:25Doch de discipelen namen hem des nachts, en lieten [hem] neder door den muur, [hem] aflatende in een mand.
2 Corinthiers 11:33En ik werd door een venster in een mand over den muur nedergelaten, en ontvlood zijn handen.
Hebreeen 11:30Door het geloof zijn de muren van Jericho gevallen, als zij tot zeven dagen toe omringd waren geweest.
Openbaring 21:12En zij had een groten en hogen muur, en had twaalf poorten, en in de poorten twaalf engelen, en namen daarop geschreven, welken zijn de [namen] der twaalf geslachten der kinderen Israels.
Openbaring 21:14En de muur der stad had twaalf fondamenten, en in dezelve de namen der twaalf apostelen des Lams.
Openbaring 21:15En hij die met mij sprak, had een gouden rietstok, opdat hij de stad zou meten, en haar poorten, en haar muur.
Openbaring 21:17En hij mat haar muur op honderd vier en veertig ellen, [naar] de maat eens mensen, welke des engels was.
Openbaring 21:18En het gebouw van haar muur Jaspis; en de stad was zuiver goud, zijnde zuiver glas gelijk.
Openbaring 21:19En de fondamenten van den muur der stad waren met allerlei kostelijk gesteente versierd. Het eerste fondament was Jaspis, het tweede Saffier, het derde Chalcedon, het vierde Smaragd.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken