1 Timotheus 3:2 | Een opziener dan moet onberispelijk zijn, ener vrouwe man, wakker, matig, eerbaar, gaarne herbergende, bekwaam om te leren; |
Titus 1:8 | Maar die gaarne herbergt, die de goeden liefheeft, matig, rechtvaardig, heilig, kuis; |
1 Petrus 4:9 | Zijt herbergzaam jegens elkander, zonder murmureren. |