Handelingen 7:17 | Maar als nu de tijd der belofte, die God aan Abraham gezworen had, genaakte, wies het volk en vermenigvuldigde in Egypte; |
Handelingen 7:23 | Als hem nu de tijd van veertig jaren vervuld was, kwam [hem] in zijn hart, zijn broeders, de kinderen Israels, te bezoeken. |
Handelingen 8:11 | En zij hingen hem aan, omdat hij een langen tijd met toverijen hun zinnen verrukt had. |
Handelingen 13:18 | En heeft omtrent den tijd van veertig jaren hun zeden verdragen in de woestijn. |
Handelingen 14:3 | Zij verkeerden dan [aldaar] een langen tijd, vrijmoediglijk sprekende in den Heere, Die getuigenis gaf aan het Woord Zijner genade, en gaf, dat tekenen en wonderen geschiedden door hun handen. |
Handelingen 14:28 | En zij verkeerden aldaar geen kleinen tijd met de discipelen. |
Handelingen 15:33 | En als zij [daar] een tijd [lang] vertoefd hadden, lieten hen de broeders [wederom] gaan met vrede, tot de apostelen. |
Handelingen 17:30 | God dan, de tijden der onwetendheid overzien hebbende, verkondigt nu allen mensen alom, dat zij zich bekeren. |
Handelingen 18:20 | En als zij baden, dat hij langer bij hen blijven zoude, bewilligde hij het niet. |
Handelingen 18:23 | En als hij [aldaar] enige tijd geweest was, ging hij weg, en doorreisde vervolgens het land van Galatie en Frygie, versterkende al de discipelen. |
Handelingen 19:22 | En als hij naar Macedonie gezonden had twee van degenen, die hem dienden, [namelijk] Timotheus en Erastus, bleef hij zelf een tijd [lang] in Azie. |
Handelingen 20:18 | En als zij tot hem gekomen waren, zeide hij tot hen: Gijlieden weet, van den eersten dag af, dat ik in Azie ben aangekomen, hoe ik bij u den gansen tijd geweest ben; |
Handelingen 27:9 | En als veel tijd verlopen, en de vaart nu zorgelijk was, omdat ook de vasten nu voorbij was, vermaande hen Paulus, |
Romeinen 7:1 | Weet gij niet, broeders! (want ik spreek tot degenen, die de wet verstaan) dat de wet heerst over den mens, zo langen tijd als hij leeft? |
1 Corinthiers 7:39 | Een vrouw is door de wet verbonden, zo langen tijd haar man leeft; maar indien haar man ontslapen is, zo is zij vrij, om te trouwen, dien zij wil, alleenlijk in den Heere. |
1 Corinthiers 16:7 | Want ik wil u nu niet zien in het voorbijgaan, maar ik hoop enigen tijd bij u te blijven, indien het de Heere zal toelaten. |
Galaten 4:1 | Doch ik zeg, zo langen tijd als de erfgenaam een kind is, zo verschilt hij niets van een dienstknecht, hoewel hij een heer is van alles; |
Galaten 4:4 | Maar wanneer de volheid des tijds gekomen is, heeft God Zijn Zoon uitgezonden, geworden uit een vrouw, geworden onder de wet; |
1 Thessalonicensen 5:1 | Maar van de tijden en de gelegenheden, broeders, hebt gij niet van node, dat men u schrijve. |
2 Timotheus 1:9 | Die ons heeft zalig gemaakt, en geroepen met een heilige roeping; niet naar onze werken, maar naar Zijn eigen voornemen en genade, die ons gegeven is in Christus Jezus, voor de tijden der eeuwen; |