2 Timotheus 3:11 | [Mijn] vervolgingen, [mijn] lijden, zulks als mij overkomen is in Antiochie, in Ikonium [en] in Lystre; hoedanige vervolgingen ik geleden heb, en de Heere heeft mij uit alle verlost. |
2 Timotheus 4:16 | In mijn eerste verantwoording is niemand bij mij geweest, maar zij hebben mij allen verlaten. Het worde hun niet toegerekend. |
Hebreeen 2:2 | Want indien het woord, door de engelen gesproken, vast is geweest, en alle overtreding en ongehoorzaamheid rechtvaardige vergelding ontvangen heeft; |
Hebreeen 5:9 | En geheiligd zijnde, is Hij allen die Hem gehoorzaam zijn, een oorzaak der eeuwige zaligheid geworden; |
Hebreeen 11:7 | Door het geloof heeft Noach, door Goddelijke aanspraak vermaand zijnde van de dingen, die nog niet gezien werden, [en] bevreesd geworden zijnde, de ark toebereid tot behoudenis van zijn huisgezin; door welke [ark] hij de wereld heeft veroordeeld, en is geworden een erfgenaam der rechtvaardigheid, die naar het geloof is. |
Jakobus 1:24 | Want hij heeft zichzelven bemerkt, en is weggegaan, en heeft terstond vergeten, hoedanig hij was. |
Jakobus 2:4 | Hebt gij dan niet in uzelven een onderscheid gemaakt, en zijt rechters geworden van kwade overleggingen? |
2 Petrus 2:1 | En er zijn ook valse profeten onder het volk geweest, gelijk ook onder u valse leraars zijn zullen, die verderfelijke ketterijen bedektelijk invoeren zullen, ook den Heere, Die hen gekocht heeft, verloochenende, [en] een haastig verderf over zichzelven brengende; |
Openbaring 1:9 | Ik, Johannes, die ook uw broeder ben, en medegenoot in de verdrukking, en in het Koninkrijk, en [in] de lijdzaamheid van Jezus Christus, was op het eiland, genaamd Patmos, om het Woord Gods, en om de getuigenis van Jezus Christus. |
Openbaring 1:10 | En ik was in den geest op den dag des Heeren; en ik hoorde achter mij een grote stem, als van een bazuin, |
Openbaring 1:18 | En Die leef, en Ik ben dood geweest; en zie, Ik ben levend in alle eeuwigheid. Amen. En Ik heb de sleutels der hel en des doods. |
Openbaring 2:8 | En schrijf aan den engel der Gemeente van die van Smyrna: Dit zegt de Eerste en de Laatste, Die dood geweest is, en [weder] levend is geworden: |
Openbaring 4:2 | En terstond werd ik in den geest; en ziet, er was een troon gezet in den hemel, en er zat Een op den troon. |
Openbaring 6:12 | En ik zag, toen Het het zesde zegel geopend had, en ziet, er werd een grote aardbeving; en de zon werd zwart als een haren zak, en de maan werd als bloed. |
Openbaring 8:1 | En toen Het het zevende zegel geopend had, werd er een stilzwijgen in den hemel, omtrent van een half uur. |
Openbaring 8:5 | En de engel nam het wierookvat, en vulde dat met het vuur des altaars, en wierp het op de aarde; en er geschiedden stemmen, en donderslagen, en bliksemen, en aardbeving. |
Openbaring 8:7 | En de eerste engel heeft gebazuind, en er is geworden hagel en vuur, gemengd met bloed, en zij zijn op de aarde geworpen; en het derde [deel] der bomen is verbrand, en al het groene gras is verbrand. |
Openbaring 8:8 | En de tweede engel heeft gebazuind, en er werd [iets] als een grote berg, van vuur brandende, in de zee geworpen; en het derde [deel] der zee is bloed geworden. |
Openbaring 8:11 | En de naam der ster wordt genoemd Alsem; en het derde [deel] der wateren werd tot alsem; en vele mensen zijn gestorven van de wateren, want zij waren bitter geworden. |
Openbaring 11:13 | En in diezelfde ure geschiedde een grote aardbeving, en het tiende [deel] der stad is gevallen, en er zijn in de aardbeving gedood zeven duizend namen van mensen, en de overigen zijn zeer bevreesd geworden, en hebben den God des hemels heerlijkheid gegeven. |