H1259 בָּרָד
hagelslag, hagelen, hagelbuien, hagel, hagelstenen
Psalm 105:32 | Hij maakte hun regen tot hagel, vlammig vuur in hun land. |
Psalm 148:8 | Vuur en hagel, sneeuw en damp; gij stormwind, die Zijn woord doet! |
Jesaja 28:2 | Ziet, de Heere heeft een sterke en machtige, er is gelijk een hagelvloed, een poort des verderfs; gelijk een vloed der sterke wateren; die overvloeien, zal Hij ze ter aarde nederwerpen met de hand. |
Jesaja 28:17 | En Ik zal het gericht stellen naar het richtsnoer, en de gerechtigheid naar het paslood; en de hagel zal de toevlucht der leugen wegvagen, en de wateren zullen de schuilplaats overlopen. |
Jesaja 30:30 | En de HEERE zal Zijn heerlijke stem doen horen, en de nederlating Zijns arms doen zien, met grimmigheid van toorn, en een vlam van verterend vuur, stralen, en een vloed, en hagelstenen. |
Haggai 2:18 | Ik sloeg ulieden met brandkoren, met honigdauw en met hagel, al het werk uwer handen; en gij [keerdet] u niet tot Mij, spreekt de HEERE. |