H1309 בְּשׂוֹרָה
boodschap, boodschapper, goede boodschap, bodenloon, bodeloon, blijde boodschap

Bijbelteksten

2 Samuel 4:10Dewijl ik hem, die mij boodschapte, zeggende: Zie, Saul is dood; daar hij in zijn ogen was als een, die goede boodschap bracht, nochtans gegrepen en te Ziklag gedood heb, hoewel hij [meende], dat ik hem bodenloon zou geven;
2 Samuel 18:20Maar Joab zeide tot hem: Gij zult dezen dag geen boodschapper zijn, maar op een anderen dag zult gij boodschappen; dezen dag nu zult gij niet boodschappen, daarom dat des konings zoon dood is.
2 Samuel 18:22Doch Ahimaaz, Zadoks zoon, voer nog voort en zeide tot Joab: Wat het ook zij, laat mij toch ook Cuschi achterna lopen. En Joab zeide: Waarom zoudt gij nu heenlopen, mijn zoon! Zo gij toch geen bekwame boodschap hebt?
2 Samuel 18:25Zo riep de wachter, en zeide het den koning aan; en de koning zeide: Indien hij alleen is, zo is er een boodschap in zijn mond; en hij ging al voort en naderde.
2 Samuel 18:27Voorts zeide de wachter: Ik zie den loop des eersten aan, als den loop van Ahimaaz, Zadoks zoon. Toen zeide de koning: Dat is een goed man, en hij zal met een goede boodschap komen.
2 Koningen 7:9Toen zeiden zij, de een tot den ander: Wij doen niet recht; deze dag is een dag van goede boodschap, en wij zwijgen stil. Indien wij vertoeven tot den lichten morgen, zo zal ons de ongerechtigheid vinden; daarom nu, komt, laat ons gaan, en [dit] aan het huis des konings boodschappen.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech