H1818 דָּם
bloed vergoten -, bloedgerichten, bloedbruidegom, bloed, bloed vergoten -, bloedbad
Psalm 16:4 | De smarten dergenen, die een anderen [God] begiftigen, zullen vermenigvuldigd worden; ik zal hun drankofferen van bloed niet offeren, en hun namen op mijn lippen niet nemen. |
Psalm 26:9 | Raap mijn ziel niet weg met de zondaren, noch mijn leven met de mannen des bloeds; |
Psalm 30:10 | Wat gewin is er in mijn bloed, in mijn nederdalen tot de groeve? Zal U het stof loven? Zal het Uw waarheid verkondigen? |
Psalm 50:13 | Zou Ik stierenvlees eten, of bokkenbloed drinken? |
Psalm 51:16 | Verlos mij van bloedschulden, o God, Gij, God mijns heils! zo zal mijn tong Uw gerechtigheid vrolijk roemen. |
Psalm 55:24 | Maar Gij, o God! zult die doen nederdalen in den put des verderfs; de mannen des bloeds en bedrogs zullen hun dagen niet ter helft brengen; ik, daarentegen, zal op U vertrouwen. |
Psalm 58:11 | De rechtvaardige zal zich verblijden, als hij de wraak aanschouwt; hij zal zijn voeten wassen in het bloed des goddelozen. |
Psalm 59:3 | Red mij van de werkers der ongerechtigheid, en verlos mij van de mannen des bloeds. |
Psalm 68:24 | Opdat gij uw voet, [ja,] de tong uwer honden, moogt steken in het bloed van de vijanden, van een iegelijk van hen. |
Psalm 72:14 | Hij zal hun zielen van list en geweld bevrijden, en hun bloed zal dierbaar zijn in zijn ogen. |
Psalm 78:44 | En hun vloeden in bloed veranderde, en hun stromen, opdat zij niet zouden drinken. |
Psalm 79:3 | Zij hebben hun bloed rondom Jeruzalem als water vergoten; en er was niemand, die hen begroef. |
Psalm 79:10 | Waarom zouden de heidenen zeggen: Waar is hun God? Laat de wraak des vergoten bloeds Uwer knechten onder de heidenen voor onze ogen bekend worden. |
Psalm 94:21 | Zij rotten zich samen tegen de ziel des rechtvaardigen, en zij verdoemen onschuldig bloed. |
Psalm 105:29 | Hij keerde hun wateren in bloed, en Hij doodde hun vissen. |
Psalm 106:38 | En zij hebben onschuldig bloed vergoten, het bloed hunner zonen en hunner dochteren, die zij den afgoden van Kanaan hebben opgeofferd; zodat het land door deze bloedschulden is ontheiligd geworden. |
Psalm 139:19 | O God! dat Gij den goddeloze ombracht! en gij, mannen des bloeds, wijkt van mij! |
Spreuken 1:11 | Indien zij zeggen: Ga met ons, laat ons loeren op bloed, ons versteken tegen den onschuldige, zonder oorzaak; |
Spreuken 1:16 | Want hun voeten lopen ten boze; en zij haasten zich om bloed te storten. |
Spreuken 1:18 | En deze loeren op hun [eigen] bloed, en versteken zich tegen hun zielen. |