H4985 מָתַק
zoet worden, aangenaam zijn

Bijbelteksten

Exodus 15:25Hij dan riep tot den HEERE; en de HEERE wees hem een hout, dat wierp hij in dat water; toen werd het water zoet. Aldaar stelde Hij het [volk] een inzetting en recht, en aldaar verzocht Hij hetzelve,
Job 20:12Indien het kwaad in zijn mond zoet is, hij dat verbergt, onder zijn tong,
Job 21:33De kluiten des dals zijn hem zoet, en hij trekt na zich alle mensen; en dergenen, die voor hem geweest zijn, is geen getal.
Psalm 55:15Wij, die te zamen in zoetigheid heimelijk raadpleegden; wij wandelden in gezelschap ten huize Gods.
Spreuken 9:17De gestolen wateren zijn zoet, en het verborgen brood is liefelijk.

Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen