H5549 סָלַל
extol, raise up, exalt, cast up, made plain
Exodus 9:17 | Verheft gij uzelven nog tegen Mijn volk, dat gij het niet wilt laten trekken? |
Job 19:12 | Zijn benden zijn te zamen aangekomen, en hebben tegen mij haar weg gebaand, en hebben zich gelegerd rondom mijn tent. |
Job 30:12 | Ter rechterhand staat de jeugd op, stoten mijn voeten uit, en banen tegen mij hun verderfelijke wegen. |
Psalm 68:5 | Zingt Gode, psalmzingt Zijn Naam; hoogt de wegen voor Dien, Die in de vlakken velden rijdt, omdat Zijn Naam is HEERE; en springt op van vreugde voor Zijn aangezicht. |
Spreuken 4:8 | Verhef ze, en zij zal u verhogen; zij zal u vereren, als gij haar omhelzen zult. |
Spreuken 15:19 | De weg des luiaards is als een doornheg; maar het pad der oprechten is welgebaand. |
Jesaja 57:14 | En men zal zeggen: Verhoogt [de baan], verhoogt [de baan], bereidt den weg, neemt den aanstoot uit den weg Mijns volks. |
Jesaja 62:10 | Gaat door, gaat door, door de poorten, bereidt den weg des volks; verhoogt, verhoogt een baan, ruimt de stenen weg, steekt een banier omhoog tot de volken! |
Jeremia 18:15 | Nochtans heeft Mijn volk Mij vergeten, zij roken der ijdelheid; want zij hebben hen doen aanstoten op hun wegen, [op] de oude paden, opdat zij mochten wandelen in stegen van een weg, die niet opgehoogd is; |
Jeremia 50:26 | Komt aan tegen haar van het uiterste, opent haar schuren, vertreedt haar als korenhopen, en verbant ze; laat ze geen overblijfsel hebben. |