H7176 קֶרֶת
city

Bijbelteksten

Job 29:7Toen ik uitging naar de poort door de stad, [toen] ik mijn stoel op de straat liet bereiden.
Spreuken 8:3Aan de zijde der poorten, voor aan de stad, [aan] den ingang der deuren roept Zij overluid:
Spreuken 9:3Zij heeft Haar dienstmaagden uitgezonden; Zij nodigt op de tinnen van de hoogten der stad:
Spreuken 9:14En zij zit aan de deur van haar huis, op een stoel, [op] de hoge plaatsen der stad;
Spreuken 11:11Door den zegen der oprechten wordt een stad verheven; maar door den mond der goddelozen wordt zij verbroken.

Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen