H7323 רוּץ
loper, koerier

Bijbelteksten

Esther 8:14De lopers, die op snelle kemelen reden [en] op muildieren, togen snellijk uit, aangedreven zijnde door het woord des konings. Deze wet nu werd gegeven op den burg Susan.
Job 9:25En mijn dagen zijn lichter geweest dan een loper; zij zijn weggevloden, zij hebben het goede niet gezien.
Job 15:26Hij loopt tegen Hem aan met den hals, met zijn dikke, hoog verhevene schilden.
Job 16:14Hij heeft mij gebroken met breuk op breuk; Hij is tegen mij aangelopen als een geweldige.
Psalm 18:30Want met U loop ik door een bende, en met mijn God spring ik over een muur.
Psalm 19:6En die is als een bruidegom, uitgaande uit zijn slaapkamer; zij is vrolijk als een held, om het pad te lopen.
Psalm 59:5Zij lopen en bereiden zich zonder [mijn] misdaad; waak op mij tegemoet, en zie.
Psalm 68:32Prinselijke gezanten zullen komen uit Egypte; Morenland zal zich haasten zijn handen tot God uit te strekken.
Psalm 119:32Ik zal den weg Uwer geboden lopen, als Gij mijn hart verwijd zult hebben.
Psalm 147:15Hij zendt Zijn bevel [op] aarde; Zijn woord loopt zeer snel.
Spreuken 1:16Want hun voeten lopen ten boze; en zij haasten zich om bloed te storten.
Spreuken 4:12In uw gaan zal uw tred niet benauwd worden, en indien gij loopt, zult gij niet struikelen.
Spreuken 6:18Een hart, dat ondeugdzame gedachten smeedt; voeten, die zich haasten, om tot kwaad te lopen;
Spreuken 18:10De Naam des HEEREN is een Sterke Toren; de rechtvaardige zal daarhenen lopen, en in een Hoog Vertrek gesteld worden.
Hooglied 1:4Trek mij, wij zullen U nalopen! De Koning heeft mij gebracht in Zijn binnenkameren; wij zullen ons verheugen en in U verblijden; wij zullen Uw uitnemende liefde vermelden, meer dan den wijn; de oprechten hebben U lief.
Jesaja 40:31Maar dien den HEERE verwachten, zullen de kracht vernieuwen; zij zullen opvaren met vleugelen, gelijk de arenden; zij zullen lopen, en niet moede worden; zij zullen wandelen, en niet mat worden.
Jesaja 55:5Ziet, gij zult een volk roepen, dat gij niet kendet, en het volk, dat u niet kende, zal tot u lopen, om des HEEREN uws Gods wil, en om des Heiligen Israels wil, want Hij heeft u verheerlijkt.
Jesaja 59:7Hun voeten lopen tot het kwade, en zij haasten om onschuldig bloed te vergieten; hun gedachten zijn gedachten der ongerechtigheid, verstoring en verbreking is op hun banen.
Jeremia 12:5Als gij loopt met de voetgangers, zo maken zij u moede; hoe zult gij u dan mengen met de paarden? Zo gij [alleenlijk] vertrouwt in een land van vrede, hoe zult gij het dan maken in de verheffing van de Jordaan?
Jeremia 23:21Ik heb die profeten niet gezonden, nochtans hebben zij gelopen; Ik heb tot hen niet gesproken, nochtans hebben zij geprofeteerd.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken