H7969 שָׁלוֹשׁ
thirteenth +, three, third, thirteen +,

Bijbelteksten

2 Samuel 14:27Ook werden Absalom drie zonen geboren, en een dochter, welker naam was Thamar; deze was een vrouw, schoon van aanzien.
2 Samuel 18:14Toen zeide Joab: Ik zal hier bij u alzo niet vertoeven; en hij nam drie pijlen, en stak ze in Absaloms hart, daar hij nog levend was in het midden van den eik.
2 Samuel 20:4Voorts zeide de koning tot Amasa: Roep mij de mannen van Juda te zamen, tegen den derden dag; en gij, stel u [dan] hier.
2 Samuel 21:1En er was in Davids dagen een honger, drie jaren, jaar achter jaar; en David zocht het aangezicht des HEEREN. En de HEERE zeide: Het is om Saul en om des bloedhuizes wil, omdat hij de Gibeonieten gedood heeft.
2 Samuel 21:16En Isbi Benob, die van de kinderen van Rafa was, en het gewicht zijner spies driehonderd gewicht kopers, en hij was aangegord met een nieuw [zwaard]; deze dacht David te slaan.
2 Samuel 23:9En na hem was Eleazar, de zoon van Dodo, zoon van Ahohi, [deze was] onder de drie helden met David, toen zij de Filistijnen beschimpten, [die] aldaar ten strijde verzameld waren, en de mannen van Israel waren opgetogen.
2 Samuel 23:16Toen braken die drie helden door het leger der Filistijnen, en putten water uit Bethlehems bornput, die in de poort is, en droegen het, en kwamen tot David; doch hij wilde dat niet drinken, maar goot het uit voor den HEERE.
2 Samuel 23:17En zeide: Het zij verre van mij, o HEERE, dat ik dit zou doen; zou [ik drinken] het bloed der mannen, die heengegaan zijn met gevaar van hun leven? En hij wilde het niet drinken. Dit deden die drie helden.
2 Samuel 23:18Abisai, Joabs broeder, de zoon van Zeruja, die was ook een hoofd van drieen; en die hief zijn spies op tegen driehonderd, die [van hem] verslagen werden; en hij had een naam onder die drie.
2 Samuel 23:19Was hij niet de heerlijkste van die drie? Daarom was hij hun tot een overste. Maar hij kwam niet tot aan die [eerste] drie.
2 Samuel 23:22Die dingen deed Benaja, de zoon van Jojada; dies had hij een naam onder de drie helden.
2 Samuel 23:23Hij was de heerlijkste van de dertig, maar tot die drie [eersten] kwam hij niet; en David stelde hem over zijn trawanten.
2 Samuel 24:12Ga heen, en spreek tot David: Alzo zegt de HEERE: Drie dingen draag Ik u voor; verkies u een uit die, dat Ik u doe.
2 Samuel 24:13Zo kwam Gad tot David, en maakte het hem bekend, en zeide tot hem: Zal u een honger van zeven jaren in uw land komen? Of [wilt] gij drie maanden vlieden voor het aangezicht uwer vijanden, dat die u vervolgen? Of dat er drie dagen pestilentie in uw land zij? Merk nu, en zie toe, wat antwoord ik Dien zal wederbrengen, Die mij gezonden heeft.
1 Koningen 2:11De dagen nu, die David geregeerd heeft over Israel, zijn veertig jaren; zeven jaren heeft hij geregeerd in Hebron, en in Jeruzalem heeft hij drie en dertig jaren geregeerd.
1 Koningen 2:39Doch het geschiedde met het einde van drie jaren, dat twee knechten van Simei wegliepen tot Achis, den zoon van Maacha, den koning van Gath; en men gaf het Simei te kennen, zeggende: Zie, uw knechten zijn in Gath.
1 Koningen 4:32En hij sprak drie duizend spreuken; daartoe waren zijn liederen duizend en vijf.
1 Koningen 5:16Behalve de oversten van Salomo's bestelden, die over dat werk waren, drie duizend en driehonderd, die heerschappij hadden over het volk, hetwelk dat werk deed.
1 Koningen 6:36Daarna bouwde hij het binnenste voorhof van drie rijen gehouwen stenen, en een rij cederen balken.
1 Koningen 7:1Maar aan zijn huis bouwde Salomo dertien jaren, en hij volmaakte zijn ganse huis.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs