H8141 שָׁנֶה
jaar, jaarlijks

Bijbelteksten

Jesaja 16:14Maar nu spreekt de HEERE, zeggende: Binnen drie jaren (als de jaren eens huurlings), dan zal de eer van Moab verachtzaam gemaakt worden, met al die grote menigte; en het overblijfsel zal klein, weinig, onmachtig wezen.
Jesaja 20:1In het jaar, toen Tartan naar Asdod kwam, als hem Sargon, de koning van Assyrie gezonden had, toen hij krijg voerde tegen Asdod, en het innam;
Jesaja 20:3Toen zeide de HEERE: Gelijk als Mijn knecht Jesaja naakt en barrevoets wandelt, drie jaren, [tot] een teken en wonder over Egypte en over Morenland;
Jesaja 21:16Want alzo heeft de HEERE tot mij gezegd: Nog binnen een jaar, gelijk de jaren eens dagloners zijn, zo zal de heerlijkheid van Kedar ten ondergaan.
Jesaja 23:15En het zal geschieden te dien dage, dat Tyrus zal vergeten worden zeventig jaren, gelijk eens konings dagen; [maar] ten einde van zeventig jaren zal in Tyrus als een hoerenlied zijn:
Jesaja 23:17Want het zal geschieden ten einde van zeventig jaren, dat de HEERE Tyrus zal bezoeken, en dat zij wederkeren zal tot haar hoerenloon, en zij zal hoererij bedrijven met alle koninkrijken der aarde, die op den aardbodem zijn.
Jesaja 29:1Wee Ariel, Ariel! de stad, [waarin] David gelegerd heeft; doet jaar tot jaar; laat ze feestofferen slachten.
Jesaja 32:10[Vele] dagen over het jaar zult gij beroerd zijn, gij [dochters,] die zo zeker zijt, want de wijnoogst zal uit zijn, er zal geen inzameling komen.
Jesaja 34:8Want het zal zijn de dag der wraak des HEEREN, een jaar der vergeldingen, om Sions twistzaak.
Jesaja 36:1En het geschiedde in het veertiende jaar van den koning Hizkia, dat Sanherib, de koning van Assyrië, optoog tegen alle vaste steden van Juda, en nam ze in.
Jesaja 37:30En dat zij u een teken, dat men [in] dit jaar, wat van zelf gewassen is, eten zal, en in het tweede jaar, wat daarvan weder uitspruit; maar zaait in het derde jaar, en maait, en plant wijngaarden, en eet hun vruchten.
Jesaja 38:5Ga henen, en zeg tot Hizkia: Zo zegt de HEERE, de God van uw vader David: Ik heb uw gebed gehoord, Ik heb uw tranen gezien; zie, Ik zal vijftien jaren tot uw dagen toedoen;
Jesaja 38:10Ik zeide: Vanwege de afsnijding mijner dagen, zal ik tot de poorten des grafs heengaan, ik word beroofd van het overige mijner jaren.
Jesaja 38:15Wat zal ik spreken? Gelijk Hij het mij heeft toegezegd, alzo heeft Hij het gedaan; ik zal [nu] al zoetjes voorttreden al mijn jaren, vanwege de bitterheid mijner ziel.
Jesaja 61:2Om uit te roepen het jaar van het welbehagen des HEEREN, en den dag der wraak onzes Gods; om alle treurigen te troosten;
Jesaja 63:4Want de dag der wraak was in Mijn hart, en het jaar Mijner verlosten was gekomen.
Jesaja 65:20Van daar zal niet meer wezen een zuigeling van [weinig] dagen, noch een oud man, die zijn dagen niet zal vervullen; want een jongeling zal sterven, honderd jaren oud zijnde, maar een zondaar, honderd jaren oud zijnde, zal vervloekt worden.
Jeremia 1:2Tot welken het woord des HEEREN geschiedde, in de dagen van Josia, zoon van Amon, koning van Juda, in het dertiende jaar zijner regering.
Jeremia 1:3Ook geschiedde het [tot hem] in de dagen van Jojakim, zoon van Josia, koning van Juda, totdat voleind werd het elfde jaar van Zedekia, zoon van Josia, koning van Juda; totdat Jeruzalem gevankelijk werd weggevoerd in de vijfde maand.
Jeremia 11:23En zij zullen geen overblijfsel hebben; want Ik zal een kwaad brengen over de mannen van Anathoth, [in] het jaar hunner bezoeking.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken