H8414 תֹּהוּ
woest, ijdelheid

Bijbelteksten

Genesis 1:2De aarde nu was woest en ledig, en duisternis was op den afgrond; en de Geest Gods zweefde op de wateren.
Deuteronomium 32:10Hij vond hem in een land der woestijn, en in een woeste huilende wildernis; Hij voerde hem rondom, Hij onderwees hem, Hij bewaarde hem als Zijn oogappel.
1 Samuel 12:21En wijkt niet af; want gij zoudt de ijdelheden na[volgen], die niet bevorderlijk zijn, noch verlossen, want zij zijn ijdelheden.
Job 6:18De gangen haars wegs wenden zich ter zijde af; zij lopen op in het woeste, en vergaan.
Job 12:24Hij neemt het hart van de hoofden des volks der aarde weg, en doet hen dwalen in het woeste, waar geen weg is.
Job 26:7Hij breidt het noorden uit over het woeste; Hij hangt de aarde aan een niet.
Psalm 107:40Hij stort verachting uit over de prinsen, en doet hen dwalen in het woeste, waar geen weg is.
Jesaja 24:10De woeste stad is verbroken, al de huizen staan gesloten, dat er niemand inkomen kan.
Jesaja 29:21Die een mens schuldig maken om een woord, en leggen dien strikken, die [hen] bestraft in de poort; en die den rechtvaardige verdrijven in het woeste.
Jesaja 34:11Maar de roerdomp en de nachtuil zullen het erfelijk bezitten, en de schuifuit, en de raaf zal daarin wonen; want Hij zal een richtsnoer der woestigheid over hen trekken, en een richtlood der ledigheid.
Jesaja 40:17Alle volken zijn als niets voor Hem; en zij worden bij Hem geacht minder dan niet, en ijdelheid.
Jesaja 40:23Die de vorsten te niet maakt; de richters der aarde maakt Hij tot ijdelheid.
Jesaja 41:29Ziet, zij zijn altemaal ijdelheid, hun werken zijn een nietig ding, hun gegoten beelden zijn wind, en een ijdel ding.
Jesaja 44:9De formeerders van gesneden beelden zijn al te zamen ijdelheid, en hun gewenste dingen doen geen nut; ja, zij zelven zijn hun getuigen; zij zien niet, en zij weten niet, daarom zullen zij beschaamd worden.
Jesaja 45:18Want alzo zegt de HEERE, Die de hemelen geschapen heeft, Die God, Die de aarde geformeerd, en Die ze gemaakt heeft; Hij heeft ze bevestigd, Hij heeft ze niet geschapen, dat zij ledig zijn zou, [maar] heeft ze geformeerd, opdat men daarin wonen zou: Ik ben de HEERE, en niemand meer.
Jesaja 45:19Ik heb niet in het verborgene gesproken, in een donkere plaats der aarde; Ik heb tot het zaad van Jakob niet gezegd: Zoekt Mij te vergeefs; Ik ben de HEERE, Die gerechtigheid spreekt, Die rechtmatige dingen verkondigt.
Jesaja 49:4Doch Ik zeide: Ik heb te vergeefs gearbeid, Ik heb Mijn kracht onnuttelijk en ijdellijk toegebracht; gewisselijk, Mijn recht is bij den HEERE, en Mijn werkloon is bij Mijn God.
Jesaja 59:4Er is niemand, die voor de gerechtigheid roept, en niemand, die voor de waarheid in het gericht zich begeeft; zij vertrouwen op ijdelheid, en spreken leugen; met moeite zijn zij zwanger, en zij baren ongerechtigheid.
Jeremia 4:23Ik zag het land aan, en ziet, het was woest en ledig; ook naar den hemel, en zijn licht was er niet.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs