Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
aleuron, zn o van aleo (malen);
fijn meel, tarwemeel
Bronnen
Voor meer informatie: G. Abbott-Smith's A Manual Greek Lexicon of the New Testament (New York: Scribner's, 1922)
ἄλευρον, -ου, τό (< ἀλεύω, to grind), [in LXX for קֶמַח H7058, Nu 5:15, al.;] real: Mt 13:33, Lk 13:21.†Voor meer informatie: Henry George Liddell, Robert Scott, A Greek-English Lexicon (1940)
ἄλευρον · τάφος