Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Rhouth, vr van Hebreeuwse oorsprong רוּת H07327; TDNT - 3:1,311;
Ruth 1) de voorouder van David en van Christus
Bronnen
Voor meer informatie: G. Abbott-Smith's A Manual Greek Lexicon of the New Testament (New York: Scribner's, 1922)
Ῥούθ, ἡ indecl. (Heb. רוּת H7327), Ruth: Mt 1:5.†Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!