Elam (land)
Ἐλαμίτης G1639 "Elamiet", עֵילָם H5867 "Elam", עַלְמִי H5962 "Elamieten",

Zie ook: Plaatsen,

Elam

Elam (Hebreeuws עֵילָם H5867, Grieks Ἐλυμαΐς), een land ten noorden van de Perzische Golf en ten oosten van de Tigris in het huidige West-Iran. waarvan Susa de hoofdstad was.

Inhoud

Bijbel

Kedor-laomer wordt in de Bijbel als een van de koningen van Elam genoemd die optrekt naar Sodom (Gen. 14:1)


Geschiedenis

De geschiedenis van Elam wordt meestal in vijf perioden ingedeeld.

Proto-Elamitisch (c. 3200 – c. 2700 v.C.)

Uit deze periode stamt het tot op heden nog niet ontcijferde Proto-Elamitische beeldschrift dat gebruikt werd in de administratie van de lokale tempeleconomie. Vondsten hiervan dateren vooral uit de periode 3050 tot 2800 v.C.. Weinig is bekend uit deze periode, maar gezien de naadloze overgang naar de Oud-Elamitische periode doet vermoeden dat de dragers van de Proto-Elamitische cultuur al Elamieten waren.

Oud-Elamitisch (c. 2700 – c. 1600 v.C.)

Midden-Elamitisch (c. 1500 – c. 1100 v.C.)

Onder de dynastieën der Igehalkiden en Šutrukiden beleefde Elam een bloeiperiode. Een van de hoogtepunten is de stichting van de nieuwe hoofdstad Dur-Untaš (het huidige Tšogha Zambil) onder koning Untaš-Napiriša. Deze liet een van Ziggurath bouwen die als een van de best bewaarde van allemaal wordt beschouwd.

Het was de Babylonische koning Nebukadnezar I (mdNabû-kudurrī-úṣur of mdNábû-ku-dúr-uṣur) die een einde maakte aan dit rijk, door de Elamitische koning Ḫulteludiš-Inšušinak bij de Ulai rivier te verslaan.

Nieuw-Elamitisch (c. 1100 – 540 v.C.)

Vooral in de periode 760-640 v.C. kwam Elam opnieuw tot bloei, en er wordt zelfs gesproken van een Nieuwelamitische Rijk, echter wel met een constante druk van de omliggende landen. In 643 v.C. namen de Assyriërs het rijk in, de hoofdstad Susa werd volledig verwoest en Assurbanipal liet zelfs zout op de akkers strooien als teken dat hij geen herstel wilde.

Perzische tijd (540 - 350 v.C.)

In de Perzische tijd bloeide met name de hoofdstad Susa weer op en werd de zomerresidentie van de Perzische koningen. Wie vinden dit terug in het Bijbelboek Esther welke bijna volledig in Susa afspeelt.

Ondergang (c. 350 - 1000 n.C.)

Vanaf 350 v.C. begon de Elamitische taal te verdwijnen en zette daarmee de definitieve ondergang in van Elam. Bij de latere overheersers als de Grieken, Parthen en Sassaniden speelde niet alleen de taal meer een rol (hoewel er aanwijzingen zijn dat deze nog plaatselijk tot in de 10de eeuw n.C. werd gesproken), maar was ook het land zelf niet meer dan een provincie.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!