Markus 5:14 | En die de zwijnen weidden zijn gevlucht, en boodschapten [zulks] in de stad en op het land; en zij gingen uit, om te zien, wat het was, dat er geschied was. |
Markus 5:16 | En die het gezien hadden, vertelden hun, wat den bezetene geschied was, en [ook] van de zwijnen. |
Markus 5:22 | En ziet, er kwam een van de oversten der synagoge, met name Jairus; en Hem ziende, viel hij aan Zijn voeten, |
Markus 5:32 | En Hij zag rondom om haar te zien, die dat gedaan had. |
Markus 5:33 | En de vrouw, vrezende en bevende, wetende, wat aan haar geschied was, kwam en viel voor Hem neder, en zeide Hem al de waarheid. |
Markus 6:20 | Want Herodes vreesde Johannes, wetende, dat hij een rechtvaardig en heilig man was, en hield hem in waarde; en als hij hem hoorde, deed hij vele dingen, en hoorde hem gaarne. |
Markus 6:33 | En de scharen zagen hen heenvaren, en velen werden Hem kennende, en liepen gezamenlijk te voet van alle steden derwaarts, en kwamen hun voor, en gingen samen tot Hem. |
Markus 6:34 | En Jezus, uitgaande, zag een grote schare, en werd innerlijk met ontferming bewogen over hen; want zij waren als schapen, die geen herder hebben; en Hij begon hun vele dingen te leren. |
Markus 6:38 | En Hij zeide tot hen: Hoeveel broden hebt gij? Gaat heen en beziet [het]. En toen zij het vernomen hadden, zeiden zij: Vijf, en twee vissen. |
Markus 6:48 | En Hij zag, dat zij zich zeer pijnigden, om [het schip] voort te krijgen; want de wind was hun tegen; en omtrent de vierde wake des nachts, kwam Hij tot hen, wandelende op de zee, en wilde hen voorbijgaan. |
Markus 6:49 | En zij, ziende Hem wandelen op de zee, meenden, dat het een spooksel was, en schreeuwden zeer; |
Markus 6:50 | Want zij zagen Hem allen, en werden ontroerd; en terstond sprak Hij met hen, en zeide tot hen: Zijt welgemoed, Ik ben het; vreest niet. |
Markus 7:2 | En ziende, dat sommigen van Zijn discipelen met onreine, dat is, met ongewassen handen brood aten, berispten zij [hen]. |
Markus 8:33 | Maar Hij, Zich omkerende, en Zijn discipelen aanziende, bestrafte Petrus, zeggende: Ga heen, achter Mijn, satanas, want gij verzint niet de dingen, die Gods zijn, maar die der mensen zijn. |
Markus 9:1 | En Hij zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg u, dat er sommigen zijn van degenen, die hier staan, die den dood niet zullen smaken, totdat zij zullen hebben gezien, dat het Koninkrijk Gods met kracht gekomen is. |
Markus 9:6 | Want hij wist niet, wat hij zeide; want zij waren zeer bevreesd. |
Markus 9:8 | En haastelijk rondom ziende, zagen zij niemand meer, dan Jezus alleen bij zich. |
Markus 9:9 | En als zij van den berg afkwamen, gebood Hij hun, dat zij niemand verhalen zouden, hetgeen zij gezien hadden, dan wanneer de Zoon des mensen uit de doden zou opgestaan zijn. |
Markus 9:14 | En als Hij bij de discipelen gekomen was, zag Hij een grote schare rondom hen, en [enige] Schriftgeleerden met hen twistende. |
Markus 9:15 | En terstond de gehele schare Hem ziende, werd verbaasd, en toelopende groetten zij Hem. |