G1777 ἔνοχος
gebonden, onderworpen aan

Bijbelteksten

Mattheus 5:21Gij hebt gehoord, dat [tot] de ouden gezegd is: Gij zult niet doden; maar zo wie doodt, [die] zal strafbaar zijn door het gericht.
Mattheus 5:22Doch Ik zeg u: Zo wie te onrecht op zijn broeder toornig is, die zal strafbaar zijn door het gericht; en wie tot zijn broeder zegt: Raka! die zal strafbaar zijn door den groten raad; maar wie zegt: Gij dwaas! die zal strafbaar zijn door het helse vuur.
Mattheus 26:66Wat dunkt ulieden? En zij, antwoordende, zeiden: Hij is des doods schuldig.
Markus 3:29Maar zo wie zal gelasterd hebben tegen den Heiligen Geest, die heeft geen vergeving in der eeuwigheid, maar hij is schuldig des eeuwigen oordeels.
Markus 14:64Gij hebt de [gods]lastering gehoord; wat dunkt ulieden? En zij allen veroordeelden Hem, des doods schuldig te zijn.
1 Corinthiers 11:27Zo dan, wie onwaardiglijk dit brood eet, of den drinkbeker des Heeren drinkt, die zal schuldig zijn aan het lichaam en bloed des Heeren.
Hebreeen 2:15En verlossen zou al degenen, die met vreze des doods, door al [hun] leven, der dienstbaarheid onderworpen waren.
Jakobus 2:10Want wie de gehele wet zal houden, en in een zal struikelen, die is schuldig geworden aan alle.

Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen