Lukas 7:2 | En een dienstknecht van een zeker hoofdman over honderd, die hem zeer waard was, krank zijnde, lag op zijn sterven. |
Lukas 14:8 | Wanneer gij van iemand ter bruiloft genood zult zijn, zo zet u niet in de eerste zitplaats; opdat niet misschien een waardiger dan gij van hem genood zij; |
Filippenzen 2:29 | Ontvangt hem dan in den Heere, met alle blijdschap, en houdt dezulken in waarde. |
1 Petrus 2:4 | Tot Welken komende, [als tot] een levenden Steen, van de mensen wel verworpen, maar bij God uitverkoren [en] dierbaar; |
1 Petrus 2:6 | Daarom is ook vervat in de Schrift: Ziet, Ik leg in Sion een uitersten Hoeksteen, Die uitverkoren [en] dierbaar is; en: Die in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden. |