G2983 λαμβάνω
nemen

Bijbelteksten

Lukas 13:21Het is gelijk aan een zuurdesem, welken een vrouw nam, en verborg in drie maten meels, totdat het geheel gezuurd was.
Lukas 19:12Hij zeide dan: Een zeker welgeboren man reisde in een ver[gelegen] land, om voor zichzelven een koninkrijk te ontvangen, en dan weder te keren.
Lukas 19:15En het geschiedde, toen hij wederkwam, als hij het koninkrijk ontvangen had, dat hij zeide, dat die dienstknechten tot hem zouden geroepen worden, wien hij het geld gegeven had; opdat hij weten mocht, wat een iegelijk met handelen gewonnen had.
Lukas 20:21En zij vraagden Hem, zeggende: Meester, wij weten, dat Gij recht spreekt en leert, en den persoon niet aanneemt, maar den weg Gods leert in der waarheid.
Lukas 20:28Zeggende: Meester! Mozes heeft ons geschreven: Zo iemands broeder sterft, die een vrouw heeft, en hij sterft zonder kinderen, dat zijn broeder de vrouw nemen zal, en zijn broeder zaad verwekken.
Lukas 20:29Er waren nu zeven broeders; en de eerste nam een vrouw, en hij stierf zonder kinderen.
Lukas 20:30En de tweede nam die vrouw, en [ook] deze stierf zonder kinderen.
Lukas 20:31En de derde nam dezelve [vrouw]; en desgelijks ook de zeven, en hebben geen kinderen nagelaten, en zijn gestorven.
Lukas 20:47Die der weduwen huizen opeten, en onder een schijn lange gebeden doen; dezen zullen zwaarder oordeel ontvangen.
Lukas 22:17En als Hij een drinkbeker genomen had, en gedankt had, zeide Hij: Neemt dezen, en deelt [hem] onder ulieden.
Lukas 22:19En Hij nam brood, en als Hij gedankt had, brak Hij het, en gaf het hun, zeggende: Dat is Mijn lichaam, hetwelk voor u gegeven wordt; doet dat tot Mijn gedachtenis.
Lukas 24:30En het geschiedde, als Hij met hen aanzat, nam Hij het brood, en zegende het, en als Hij het gebroken had, gaf Hij het hun.
Lukas 24:43En Hij nam het, en at het voor hun ogen.
Johannes 1:12Maar zovelen Hem aangenomen hebben, dien heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden, [namelijk] die in Zijn Naam geloven;
Johannes 1:16En uit Zijn volheid hebben wij allen ontvangen, ook genade voor genade.
Johannes 3:11Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Wij spreken, wat Wij weten, en getuigen, wat Wij gezien hebben; en gijlieden neemt Onze getuigenis niet aan.
Johannes 3:27Johannes antwoordde en zeide: Een mens kan geen ding aannemen, zo het hem uit de hemel niet gegeven zij.
Johannes 3:32En hetgeen Hij gezien en gehoord heeft, dat getuigt Hij; en Zijn getuigenis neemt niemand aan.
Johannes 3:33Die Zijn getuigenis aangenomen heeft, die heeft verzegeld, dat God waarachtig is.
Johannes 4:36En die maait, ontvangt loon, en vergadert vrucht ten eeuwigen leven; opdat zich te zamen verblijde, beide, die zaait en die maait.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken