G5734

Bijbelteksten

Handelingen 5:42En zij hielden niet op, allen dag, in den tempel en bij de huizen, te leren, en Jezus Christus te verkondigen.
Handelingen 7:59En zij stenigden Stefanus, aanroepende en zeggende: Heere Jezus, ontvang mijn geest.
Handelingen 8:4Zij dan nu, die verstrooid waren, gingen [het land] door, en verkondigden het Woord.
Handelingen 8:12Maar toen zij Filippus geloofden, die het Evangelie van het Koninkrijk Gods, en [van] den Naam van Jezus Christus verkondigde, werden zij gedoopt, beiden, mannen en vrouwen.
Handelingen 9:14En heeft hier macht van de overpriesters, om te binden allen, die Uw Naam aanroepen.
Handelingen 9:21En zij ontzetten zich allen, die het hoorden, en zeiden: Is deze niet degene, die te Jeruzalem verstoorde, wie dezen Naam aanriepen, en die daarom hier gekomen is, opdat hij dezelve gebonden zou brengen tot de overpriesters?
Handelingen 9:39En Petrus stond op, en ging met hen; welken zij, als hij daar gekomen was, in de opperzaal leidden. En al de weduwen stonden bij hem, wenende, en tonende de rokken en klederen, die Dorkas gemaakt had, als zij bij haar was.
Handelingen 10:20Daarom sta op, en ga af, en reis met hen, niet twijfelende; want ik heb hen gezonden.
Handelingen 10:36[Dit is] het woord, dat Hij gezonden heeft den kinderen Israels, verkondigende vrede door Jezus Christus; deze is een Heere van allen.
Handelingen 11:12En de Geest zeide tot mij, dat ik met hen gaan zou, niet twijfelende. En met mij gingen ook deze zes broeders, en wij zijn in des man huis ingegaan.
Handelingen 11:20En er waren enige Cyprische en Cyreneische mannen uit hen, welken te Antiochie gekomen zijnde, spraken tot de Grieksen, verkondigende den Heere Jezus.
Handelingen 14:7En verkondigden aldaar het Evangelie.
Handelingen 14:15En zeggende: Mannen, waarom doet gij deze dingen? Wij zijn ook mensen van gelijke bewegingen als gij, en verkondigen ulieden, dat gij u zoudt van deze ijdele [dingen] bekeren tot den levenden God, Die gemaakt heeft den hemel, en de aarde, en de zee, en al hetgeen in dezelve is;
Handelingen 15:35En Paulus en Barnabas onthielden zich te Antiochie, lerende en verkondigende met nog vele anderen, het Woord des Heeren.
Handelingen 17:3[Dezelve] openende, en voor [ogen] stellende, dat de Christus moest lijden en opstaan uit de doden, en dat deze Jezus is de Christus, Dien ik, [zeide hij], ulieden verkondige.
Handelingen 18:6Maar als zij wederstonden en lasterden, schudde hij [zijn] klederen af, en zeide tot hen: Uw bloed [zij] op uw hoofd; ik ben rein; [en] van nu voortaan zal ik tot de heidenen heengaan.
Handelingen 19:18En velen dergenen, die geloofden, kwamen, belijdende en verkondigende hun daden.
Handelingen 25:3Begerende gunst tegen hem, opdat hij hem zou doen komen te Jeruzalem; [en] leggende een lage, om hem op den weg om te brengen.
Handelingen 25:15Om wiens wil, als ik te Jeruzalem was, de overpriesters en de ouderlingen der Joden verschenen, begerende vonnis tegen hem;
Handelingen 25:20En als ik over de onderzoeking van deze zaak in twijfeling was, zeide ik, of hij wilde gaan naar Jeruzalem, en aldaar over deze dingen geoordeeld worden.

Mede mogelijk dankzij