G5748

Bijbelteksten

Mattheus 10:11En in wat stad of vlek gij zult inkomen, onderzoekt, wie daarin waardig is; en blijft aldaar, totdat gij [daar] uitgaat.
Mattheus 10:20Want gij zijt [het] niet, die spreekt, maar [het is] de Geest uws Vaders, Die in u spreekt.
Mattheus 10:24De discipel is niet boven den meester, noch de dienstknecht boven zijn heer.
Mattheus 10:26Vreest dan hen niet; want er is niets bedekt, hetwelk niet zal ontdekt worden, en verborgen, hetwelk niet zal geweten worden.
Mattheus 10:30En ook uw haren des hoofds zijn alle geteld.
Mattheus 10:37Die vader of moeder liefheeft boven Mij, is Mijns niet waardig; en die zoon of dochter liefheeft boven Mij, is Mijns niet waardig.
Mattheus 10:38En die zijn kruis niet [op zich] neemt, en Mij navolgt, is Mijns niet waardig.
Mattheus 11:3En zeide tot Hem: Zijt Gij Degene, Die komen zou, of verwachten wij een anderen?
Mattheus 11:6En zalig is hij, die aan Mij niet zal geergerd worden.
Mattheus 11:8Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een mens, met zachte klederen bekleed? Ziet, die zachte [klederen] dragen, zijn in der koningen huizen.
Mattheus 11:10Want deze is het, van denwelken geschreven staat: Ziet, Ik zend Mijn engel voor Uw aangezicht, die Uw weg bereiden zal voor U heen.
Mattheus 11:11Voorwaar zeg Ik u: onder degenen, die van vrouwen geboren zijn, is niemand opgestaan meerder dan Johannes de Doper; doch die de minste is in het Koninkrijk der hemelen, is meerder dan hij.
Mattheus 11:14En zo gij het wilt aannemen, hij is Elias, die komen zou.
Mattheus 11:16Doch waarbij zal Ik dit geslacht vergelijken? Het is gelijk aan de kinderkens, die op de markten zitten, en hun gezellen toeroepen,
Mattheus 11:29Neemt Mijn juk op u, en leert van Mij, dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en gij zult rust vinden voor uw zielen.
Mattheus 11:30Want Mijn juk is zacht, en Mijn last is licht.
Mattheus 12:5Of hebt gij niet gelezen in de wet, dat de priesters den sabbat ontheiligen in den tempel, op de sabbatdagen, en [nochtans] onschuldig zijn?
Mattheus 12:6En Ik zeg u, dat Een, meerder dan de tempel, hier is.
Mattheus 12:7Doch zo gij geweten hadt, wat het zij: Ik wil barmhartigheid en niet offerande, gij zoudt de onschuldigen niet veroordeeld hebben.
Mattheus 12:8Want de Zoon des mensen is een Heere ook van den sabbat.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech