Daniel 10:3 | Begeerlijke spijze at ik niet, en vlees of wijn kwam in mijn mond niet; ook zalfde ik mij gans niet, totdat die drie weken der dagen vervuld waren. |
Hosea 2:7 | Zij bekent toch niet, dat Ik haar het koren, en den most, en de olie gegeven heb, en haar het zilver en goud vermenigvuldigd heb, [dat] zij tot den Baal gebruikt hebben. |
Hosea 2:8 | Daarom zal Ik wederkomen, en Mijn koren wegnemen op zijn tijd, en Mijn most op zijn gezetten tijd; en Ik zal wegrukken Mijn wol en Mijn vlas, [dienende] om haar naaktheid te bedekken. |
Hosea 2:21 | En de aarde zal het koren verhoren, mitsgaders den most en de olie; en die zullen Jizreel verhoren. |
Hosea 4:11 | Hoererij, en wijn, en most neemt het hart weg. |
Hosea 7:5 | Het is de dag onzes konings; de vorsten maken [hem] krank [door] verhitting van den wijn; hij strekt zijn hand voort met de spotters. |
Hosea 7:14 | Zij roepen ook niet tot Mij met hun hart, wanneer zij huilen op hun legers; om koren en most verzamelen zij zich, [maar] zij wederstreven tegen Mij. |
Hosea 9:2 | De [dors]vloer en de wijnkuip zal henlieden niet voeden; en de most zal hun liegen. |
Hosea 9:4 | Zij zullen den HEERE geen drankofferen doen van wijn, ook zouden zij Hem niet zoet zijn, hun offeranden zouden hun zijn als treurbrood; allen, die dat zouden eten, zouden onrein worden; want hun brood zal voor hun ziel zijn, het zal in des HEEREN huis niet komen. |
Hosea 14:8 | Zij zullen wederkeren, zittende onder zijn schaduw; zij zullen ten leven voortbrengen [als] koren, en bloeien als de wijnstok; zijn gedachtenis zal zijn als de wijn van Libanon. |
Joel 1:5 | Waakt op, gij dronkenen! en weent, en huilt, alle gij wijnzuipers! om den nieuwen wijn, dewijl hij van uw mond is afgesneden. |
Joel 1:10 | Het veld is verwoest, het land treurt; want het koren is verwoest, de most is verdroogd, de olie is flauw. |
Joel 2:19 | En de HEERE zal antwoorden en tot Zijn volk zeggen: Ziet, Ik zend ulieden het koren, en den most, en de olie, dat gij daarvan verzadigd zult worden; en Ik zal u niet meer overgeven [tot] een smaadheid onder de heidenen. |
Joel 2:24 | En de dorsvloeren zullen vol koren zijn, en de perskuipen van most en olie overlopen. |
Joel 3:3 | En hebben het lot over Mijn volk geworpen en een knechtje gegeven om een hoer, en een meisje verkocht om wijn, dat zij mochten drinken. |
Joel 3:18 | En het zal te dien dage geschieden dat de bergen van zoeten wijn zullen druipen, en de heuvelen van melk vlieten, en alle stromen van Juda [vol] van water gaan; en er zal een fontein uit het huis des HEEREN uitgaan, en zal het dal van Sittim bewateren. |
Amos 2:8 | En zij leggen zich neder bij elk altaar op de verpande klederen, en drinken den wijn der geboeten [in] het huis van hun goden. |
Amos 2:12 | Maar gijlieden hebt aan de Nazireen wijn te drinken gegeven, en gij hebt den profeten geboden zeggende: Gij zult niet profeteren. |
Amos 5:11 | Daarom, omdat gij den arme vertreedt en een last koren van hem neemt, zo hebt gij [wel] huizen gebouwd van gehouwen steen, maar gij zult daarin niet wonen; gij hebt gewenste wijngaarden geplant, maar gij zult derzelver wijn niet drinken. |
Amos 6:6 | Die wijn uit schalen drinken, en zich zalven met de voortreffelijkste olie, maar bekommeren zich niet over de verbreking van Jozef. |