G2443 ἵνα
opdat, zodat, waar

Bijbelteksten

1 Petrus 4:13Maar gelijk gij gemeenschap hebt aan het lijden van Christus, [alzo] verblijdt u; opdat gij ook in de openbaring Zijner heerlijkheid u moogt verblijden en verheugen.
1 Petrus 5:6Vernedert u dan onder de krachtige hand Gods, opdat Hij u verhoge te Zijner tijd.
2 Petrus 1:4Door welke ons de grootste en dierbare beloften geschonken zijn, opdat gij door dezelve der goddelijke natuur deelachtig zoudt worden, nadat gij ontvloden zijt het verderf, dat in de wereld is door de begeerlijkheid.
2 Petrus 3:17Gij dan, geliefden, [zulks] te voren wetende, wacht u, dat gij niet door de verleiding der gruwelijke mensen mede afgerukt wordt, en uitvalt van uw vastigheid;
1 Johannes 1:3Hetgeen wij [dan] gezien en gehoord hebben, dat verkondigen wij u, opdat ook gij met ons gemeenschap zoudt hebben, en deze onze gemeenschap ook [zij] met den Vader, en met Zijn Zoon Jezus Christus.
1 Johannes 1:4En deze dingen schrijven wij u, opdat uw blijdschap vervuld zij.
1 Johannes 1:9Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid.
1 Johannes 2:1Mijn kinderkens, ik schrijf u deze dingen, opdat gij niet zondigt. En indien iemand gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij den Vader, Jezus Christus, den Rechtvaardige;
1 Johannes 2:19Zij zijn uit ons uitgegaan, maar zij waren uit ons niet; want indien zij uit ons geweest waren, zo zouden zij met ons gebleven zijn; maar [dit is geschied], opdat zij zouden openbaar worden, dat zij niet allen uit ons zijn.
1 Johannes 2:27En de zalving, die gijlieden van Hem ontvangen hebt, blijft in u, en gij hebt niet van node, dat iemand u lere; maar gelijk dezelfde zalving u leert van alle dingen, [zo] is zij ook waarachtig, en is geen leugen; en gelijk zij u geleerd heeft, [zo] zult gij in Hem blijven.
1 Johannes 2:28En nu, kinderkens, blijft in Hem; opdat, wanneer Hij zal geopenbaard zijn, wij vrijmoedigheid hebben, en wij van Hem niet beschaamd gemaakt worden in Zijn toekomst.
1 Johannes 3:1Ziet, hoe grote liefde ons de Vader gegeven heeft, [namelijk] dat wij kinderen Gods genaamd zouden worden. Daarom kent ons de wereld niet, omdat zij Hem niet kent.
1 Johannes 3:5En gij weet, dat Hij geopenbaard is, opdat Hij onze zonden zou wegnemen; en geen zonde is in Hem.
1 Johannes 3:8Die de zonde doet, is uit den duivel; want de duivel zondigt van den beginne. Hiertoe is de Zoon van God geopenbaard, opdat Hij de werken des duivels verbreken zou.
1 Johannes 3:11Want dit is de verkondiging, die gij van den beginne gehoord hebt, dat wij elkander zouden liefhebben.
1 Johannes 3:23En dit is Zijn gebod, dat wij geloven in den Naam van Zijn Zoon Jezus Christus, en elkander liefhebben, gelijk Hij ons een gebod gegeven heeft.
1 Johannes 4:9Hierin is de liefde Gods jegens ons geopenbaard, dat God Zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft in de wereld, opdat wij zouden leven door Hem.
1 Johannes 4:17Hierin is de liefde bij ons volmaakt, opdat wij vrijmoedigheid mogen hebben in den dag des oordeels, [namelijk] dat gelijk Hij is, wij ook zijn in deze wereld.
1 Johannes 4:21En dit gebod hebben wij van Hem, [namelijk] dat die God liefheeft, ook zijn broeder liefhebbe.
1 Johannes 5:3Want dit is de liefde Gods, dat wij Zijn geboden bewaren; en Zijn geboden zijn niet zwaar.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech