G3761 οὐδέ
niet (ook), niet (zelfs)

Bijbelteksten

Johannes 14:17[Namelijk] den Geest der waarheid, Welken de wereld niet kan ontvangen; want zij ziet Hem niet, en kent Hem niet; maar gij kent Hem; want Hij blijft bij ulieden, en zal in u zijn.
Johannes 15:4Blijft in Mij, en Ik in u. Gelijkerwijs de rank geen vrucht kan dragen van zichzelve, zo zij niet in den wijnstok blijft; alzo ook gij niet, zo gij in Mij niet blijft.
Johannes 16:3En deze dingen zullen zij u doen, omdat zij den Vader niet gekend hebben, noch Mij.
Johannes 21:25En er zijn nog vele andere dingen, die Jezus gedaan heeft, welke, zo zij elk bijzonder geschreven wierden, ik acht, dat ook de wereld zelve de geschrevene boeken niet zou bevatten. Amen.
Handelingen 2:27Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten, noch zult Uw Heilige [over]geven, om verderving te zien.
Handelingen 2:31Zo heeft hij, dit voorziende, gesproken van de opstanding van Christus, dat Zijn ziel niet is verlaten in de hel, noch Zijn vlees verderving heeft gezien.
Handelingen 4:32En de menigte van degenen, die geloofden, was een hart en een ziel; en niemand zeide, dat iets van hetgeen hij had, zijn eigen ware, maar alle dingen waren hun gemeen.
Handelingen 4:34Want er was ook niemand onder hen, die gebrek had; want zovelen als er bezitters waren van landen of huizen, die verkochten zij, en brachten den prijs der verkochte [goederen], en legden [dien] aan de voeten der apostelen.
Handelingen 7:5En Hij gaf hem geen erfdeel in hetzelve, ook niet een voetstap; en beloofde, dat Hij hem het zelve tot een bezitting geven zou, en zijn zade na hem, als hij [nog] geen kind had.
Handelingen 8:21Gij hebt geen deel noch lot in dit woord: want uw hart is niet recht voor God.
Handelingen 9:9En hij was drie dagen, dat hij niet zag, en at niet, en dronk niet.
Handelingen 16:21En zij verkondigen zeden, die ons niet geoorloofd zijn aan te nemen noch te doen, alzo wij Romeinen zijn.
Handelingen 17:25En wordt ook van mensenhanden niet gediend, [als] iets behoevende, alzo Hij Zelf allen het leven en den adem, en alle dingen geeft;
Handelingen 19:2Zeide hij tot hen: Hebt gij den Heiligen Geest ontvangen, als gij geloofd hebt? En zij zeiden tot hem: Wij hebben zelfs niet gehoord, of er een Heiligen Geest is.
Handelingen 20:24Maar ik acht op geen ding, noch houde mijn leven dierbaar voor mijzelven, opdat ik mijn loop met blijdschap mag volbrengen, en den dienst, welken ik van den Heere Jezus ontvangen heb, om te betuigen het Evangelie der genade Gods.
Handelingen 24:18Waarover mij gevonden hebben, geheiligd zijnde, in den tempel, niet met volk, noch met beroerte, enige Joden uit Azie;
Romeinen 2:28Want die is niet een Jood, die het in het openbaar is; noch die is de besnijdenis, die het in het openbaar in het vlees is;
Romeinen 3:10Gelijk geschreven is: Er is niemand rechtvaardig, ook niet een;
Romeinen 4:15Want de wet werkt toorn; want waar geen wet is, [daar] is ook geen overtreding.
Romeinen 8:7Daarom dat het bedenken des vleses vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich der wet Gods niet; want het kan ook niet.

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel