Markus 15:29 | En die voorbijgingen, lasterden Hem, schuddende hun hoofden, en zeggende: Ha! Gij, die den tempel afbreekt, en in drie dagen opbouwt, |
Markus 15:31 | En insgelijks ook de overpriesters, met de schriftgeleerden, zeiden tot elkander, al spottende: Hij heeft anderen verlost; Zichzelven kan Hij niet verlossen. |
Markus 15:32 | De Christus, de Koning Israels, kome nu af van het kruis, opdat wij het zien en geloven mogen. Ook die met Hem gekruist waren, smaadden Hem. |
Markus 15:35 | En sommigen van die daarbij stonden, [dit] horende, zeiden: Ziet, Hij roept Elias. |
Markus 15:36 | En er liep een, en vulde een spons met edik, en stak ze op een rietstok, en gaf Hem te drinken, zeggende: Houdt stil, laat ons zien, of Elias komt, om Hem af te nemen. |
Markus 15:41 | Welke ook, toen Hij in Galilea was, Hem waren gevolgd, en Hem gediend hadden; en vele andere [vrouwen], die met Hem naar Jeruzalem opgekomen waren. |
Markus 15:47 | En Maria Magdalena, en Maria, [de moeder] van Joses, aanschouwden, waar Hij gelegd werd. |
Markus 16:3 | En zeiden tot elkander: Wie zal ons den steen van de deur des grafs afwentelen? |
Markus 16:8 | En zij, haastelijk uitgegaan zijnde, vloden van het graf, en beving en ontzetting had haar bevangen; en zij zeiden niemand iets; want zij waren bevreesd. |
Lukas 1:21 | En het volk was wachtende op Zacharias, en zij waren verwonderd, dat hij zo lang vertoefde in den tempel. |
Lukas 1:22 | En als hij uitkwam, kon hij tot hen niet spreken; en zij bekenden, dat hij een gezicht in den tempel gezien had. En hij wenkte hun toe, en bleef stom. |
Lukas 1:24 | En na die dagen werd Elizabet, zijn vrouw, bevrucht; en zij verborg zich vijf maanden, zeggende: |
Lukas 1:58 | En die daar rondom woonden, en haar magen hoorden, dat de Heere Zijn barmhartigheid grotelijks aan haar bewezen had, en waren met haar verblijd. |
Lukas 1:59 | En het geschiedde, dat zij op den achtsten dag kwamen, om het kindeken te besnijden, en noemden het Zacharias, naar den naam zijns vaders. |
Lukas 1:62 | En zij wenkten zijn vader, hoe hij wilde, dat hij genaamd zou worden. |
Lukas 1:64 | En terstond werd zijn mond geopend, en zijn tong [losgemaakt]; en hij sprak, God lovende. |
Lukas 1:80 | En het kindeken wies op, en werd gesterkt in den geest, en was in de woestijnen, tot den dag zijner vertoning aan Israel. |
Lukas 2:19 | Doch Maria bewaarde deze woorden alle te zamen, overleggende [die] in haar hart. |
Lukas 2:38 | En deze, te dierzelfder ure daarbij komende, heeft insgelijks den Heere beleden, en sprak van Hem tot allen, die de verlossing in Jeruzalem verwachtten. |
Lukas 2:40 | En het Kindeken wies op, en werd gesterkt in den geest, en vervuld met wijsheid; en de genade Gods was over Hem. |