H4639 מַעֲשֶׂה
labour, acts, doing, work, needlework

Bijbelteksten

Psalm 145:9[Teth.] De HEERE is aan allen goed, en Zijn barmhartigheden zijn over al Zijn werken.
Psalm 145:10[Jod.] Al Uw werken, HEERE, zullen U loven, en Uw gunstgenoten zullen U zegenen.
Psalm 145:17[Tsade.] De HEERE is rechtvaardig in al Zijn wegen, en goedertieren in al Zijn werken.
Spreuken 16:3Wentel uw werken op den HEERE, en uw gedachten zullen bevestigd worden.
Spreuken 16:11Een rechte waag en weegschaal zijn des HEEREN; alle weegstenen des zaks zijn Zijn werk.
Spreuken 31:31[Thau.] Geef haar van de vrucht harer handen, en laat haar werken haar prijzen in de poorten.
Prediker 1:14Ik zag al de werken aan, die onder de zon geschieden; en ziet, het was al ijdelheid en kwelling des geestes.
Prediker 2:4Ik maakte mij grote werken, ik bouwde mij huizen, ik plantte mij wijngaarden.
Prediker 2:11Toen wendde ik mij tot al mijn werken, die mijn handen gemaakt hadden, en tot den arbeid, dien ik werkende gearbeid had; ziet, het was al ijdelheid en kwelling des geestes, en daarin was geen voordeel onder de zon.
Prediker 2:17Daarom haatte ik dit leven, want dit werk dacht mij kwaad, dat onder de zon geschiedt; want het is al ijdelheid en kwelling des geestes.
Prediker 3:11Hij heeft ieder ding schoon gemaakt op zijn tijd; ook heeft Hij de eeuw in hun hart gelegd, zonder dat een mens het werk, dat God gemaakt heeft, kan uitvinden, van het begin tot het einde toe.
Prediker 3:17Ik zeide in mijn hart: God zal den rechtvaardige en den goddeloze oordelen; want aldaar is de tijd voor alle voornemen, en over alle werk.
Prediker 3:22Dies ik gezien heb, dat er niets beters is, dan dat de mens zich verblijde in zijn werken, want dat is zijn deel; want wie zal hem daarhenen brengen, dat hij ziet, hetgeen na hem geschieden zal?
Prediker 4:3Ja, hij is beter dan die beiden, die nog niet geweest is, die niet gezien heeft het boze werk, dat onder de zon geschiedt.
Prediker 4:4Verder zag ik al den arbeid en alle geschikkelijkheid des werks, dat het den mens nijd van zijn naaste [aanbrengt]. Dat is ook ijdelheid en kwelling des geestes.
Prediker 5:5Laat uw mond niet toe, dat hij uw vlees zou doen zondigen; en zeg niet voor het aangezicht des engels, dat het een dwaling was; waarom zou God grotelijks toornen, om uwer stemme wille, en verderven het werk uwer handen?
Prediker 7:13Aanmerk het werk Gods; want wie kan recht maken, dat Hij krom gemaakt heeft?
Prediker 8:9Dit alles heb ik gezien, toen ik mijn hart begaf tot alle werk, dat onder de zon geschiedt: er is een tijd, dat de [ene] mens over den [anderen] mens heerst, hem ten kwade.
Prediker 8:11Omdat niet haastelijk het oordeel [over] de boze daad geschiedt, daarom is het hart van de kinderen der mensen in hen vol om kwaad te doen.
Prediker 8:14Er is [nog] een ijdelheid, die op aarde geschiedt: dat er zijn rechtvaardigen, dien het wedervaart naar het werk der goddelozen, en er zijn goddelozen, dien het wedervaart naar het werk der rechtvaardigen. Ik zeg, dat dit ook ijdelheid is.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs